Bij het oplaggen van belastingen moet de Overheid zich
laten leiden dóór het beginsel der verdeelende rechtvaardi
heid.
Onder verdeelende rechtvaardigheid wordt verstaan de pli
van de Overheid om de lusten en lasten over de burgers zóc
te verdealen, dat er gesproken kan worden van een billijke
verdeeling.
De eenige billijke verdeeling der lasten is deze, dat eer
ieder belast wordt naarmate zijner-draagkracht
De meest ideale vorm van belasting is dan ook een
algemeens en progressioneele inkomstenbelasting, dat
is een inkomstenbelasting,welke hierin bestaat,dat
d© progressie wel klimt doch met een telkens kleiner
percentage.
De lagereinkomensdienen dan of wel geheel vrijgesteld
of een degressieve belasting er op toegepast te wor
den, terwijl met een aanmerkelijke kinderaftrek zal
dienen rekening te worden gehouden.
In een.ideale orde zou dan ook een uitsluitende
en progressioneele belasting op het inkomen de voor
keur verdienen.
Practisch is dit echter niet mogelijk en zal der
halve een .gedeelte der fiscale inkomsten op andere
wijze moeten opgebracht worden*
Bij het maken van haar belastingverordeningen is
de gemeente niet geheel vrij,doch heeft zich te hou
den aan do bepalingen, neergel-egd Jin de wet van 15