ontvangen. Na gehouden besprekingen
met het Hoofd van den dienst van
openbare werken is door deze eene
begrooting van kosten opgemaakt.
Door ons zijn nog geen definitiefs
voorstellen aan den Raad gedaan,
omdat de voorbereiding van rijks
wege dit naar onze meening nog niet
noodig acht.
Wijziging De negende vraag luidt als
uitbreidings
plan, volgt-:
In dezelfde raadsvergadering
is in beginsel besloten tot wij
ziging van het uitbreidingsplan
in de omgeving van de Tramstraat.
In verband met de onmiddellijke
nabijheid van de Bredasche grens
is besloten, alvorens tot wijzi
ging over te gaan, het plan aan
het oordeel van Breda te onder
werpen. Hoe is het oordeel van
Breda uitgevallen?
Door den VOORZITTER wordt hierop
geantwoord:
Naar aanleiding van het Besluit van
den Raad is door ons d.d. 6 Januari
1930 een brief gericht tot Burgemees
ter en Wethouders van Breda betreffen
de de voorgestelde wijziging van het
uitbreidingsplan en tevens aan de
Gemeentebesturen
Ij
j v,. s.
■tol
Vf