zijn voor zijn daden. Spreker had zelfs gaarne gezien,
dat in de periode van zijn wethoudersohap deze belang
rijke beslissing werd genomen. Doch ook nadien blijft
spreker hier wonen en spreker blijft als belastingbe
taler belanghebbende. De heer Sprenger heeft niet het
recht om de niet-terugkeerende raadsleden het recht
te ontzeggen de beslissing mede te nemen.
De heer BRINKERHOF verzekert de sprekers, dat hij
wel degelijk zijn voormannen over de plannen heeft
geraadpleegd en dat deze het met hem eens zijn. Er
wordt wel gezegd verschillende bedrijven fceeren geen
dividenden uit doch spreker meent, dat er abnormaal
hooge en zeer goede dividenden worden uitgekeerd van
20, 12 en 8 pet.
De heer SPRENGER vraagt, welke aandeelen de heer
Brinkerhof heeft.
De heer BRINKERHOF heeft wel gezegd, dat de Oveiheid
goed moet voorgaan in deze tijden, doch bij voorgestelde
weel de-uit gaven zou spreker de eerste tegenstemmer zijn
geweest. De ernst van het betoog der tegenstemmers moet
^spreker ontkennen,
De heer SPREMGER zegt: U maakt school, Mijnheer de
Voorzitter#'
De heer BRINKERHOF merkt op, dat, ^wanneer de heer
Sprenger minder stemmen had behaald, hij ook minder
praatjes zou hebben gehad. Hij is nu klaarblijkelijk
door dat stemmenaantal wat over het paardji getild.
Al had spreker in den heer Sprenger nu wel geen
juffrouw Heberlé tgezien, hij had van hem toch een
meer vooruitzienden blik verwacht.
De VOORZITTER wenscht nadrukkelijk en in het open
baar te zeggen, dat a tors et a travers door de tegen
standers