/l*. aandacht niet teleurgesteld worden, dan zullen deze Wethouders over een stevige ruggegraat mteten beschikken en daarover ben ik nog niet geheel gerust, althans over een dezer heeren maak ik mij een beetje bezorgd, gezien de bokkensprongen, die deze maakte, tijdens zij# gewoon lidmaatschap. Met genoegen maak ik gewag van de instel ling van een commissie voor Sociale Aangelegenheden, van een commissie voor het grondbedrijf en een voor financiën. Deze commissiën zullen de taak van Burgemeester en Wethouders en die van den Raad aanmerkelijk verlichten. Mijnheer de Voorzitter. Zooals U bekend is, zit ik hier voor een arbeiderspartij en als zoodanig is het mijn taak orn naast de gemeentebelangen de belangen der arbei- dersklasse te bevorderen; in welke mate ik hier gesteund zal worden door de andere arbeidersafgevaardigden, zal de tijd leeren. En om dan een paar van die belangen te memoreeren wil ik noemen de armenzorg, die in onze ge- meente bedroevend wordt toegepast, U zult mij kunnen verwijten, dat ik dit meermalen c hier ter sprake bracht, doch ik zal dit zoolang herhalen, totdat de uitvoering mij eenige bevrediging schenkt. Ook bracht ik reeds een paar maal ter sprake, of het niet wenschelijk zou zijn dit instituut om te zetten in die van maatschappelijk'hulpbetoon. Wat is hier tegen? Laat men toch bedenken, dat voor vele menschen de gang naar het Armbestuur een zeer zware is. En vooral in dezen tijd nu er groepen van menschen zijn, die noch van de werkverschaffing, noch van den steun geholpen kunnen wor- den. Dat is in hoofdzaak de z»g. kleine middenstand, men schen die met een neringtje of die gingen venten en ook de kleine landbouwers, die op een gehuurd plaatsje wonen, niét te vergeten. Daarnaast 4

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 415