UlVenhout, die op vrije lijsten waren gekozen, wel
toe te laten, omdat zij individueel lid van de
Staatspartij waren' en de heeren Verdaasdonk en Brou
wers, eveneens op een vrije R.K. lijst gekozen, niet
toe te laten, heb ik mij op het standpunt gesteld,
dat, aangesien de fractie niet voortspruit uit de
Staatspartij maar uit den Raad, alle R.K. Raads
leden, daar zij alle dezelfde verplichtingen op zich
hebben genomen n.l. het belang van de gemeente te
dienen op R.K. grondslag, in de gelegenheid moesten
worden gesteld tot dezelfde fractie toe te treden
en dat hier het' partijbelang diende te wijken voor
het algemeen belang, be meerderheid bleef bij haar
meening en ik heb toen gemeend aan het oprichten
van een fractie, die de verdeeldheid onder de R.K.
in dan Raad zou bestendigen mijn medewerking niet te
moeten verleeneh.
Nadat een fractie was opgericht heb ik, mede
op verzoek van de Staatspartij te Bavel, te kennen
gegeven tot' de fractie te willen toe treden.
De wijze, waarop in deze fractie de rechten van
de leden worden geeerbiedigd is reeds duidelijk ge
bleken bij de vaststelling va.n het huishoudelijk
reglement en blijkt nog duidelijk^uit den inhoud van
dit reglement.
Op de eerste vergadering, welke ik heb bijgewoond
werd een commissie benoemd met de opdracht een regle
ment te ontwerpen. Tevens werd besloten, dat dit ont
werp aan de leden ter inzage zou worden toegezonden
en dat het reglement benevens de bestuursverkezing
zpuden worden behandeld in eene expres daartoe ge
houden huishoudelijke vergadering.
In een volgende vergadering, welke ik wegens
verhindering