door deze fractievorming ontstaan, een gevolg is van
het streven van de R.K.Staatspartij te Ginneken, welk
streven reeds bij de voorlaatste verkiezing merkbaar
was, om een raadsmeerderheid te vormen, die bereid is
in groote lijnen een partijpolitiek te volgen, zooals
de leiders van die partij dat wenscheen. Of het algemeen
belang daarmee is gediend,valt te betwijfelen en aan de
kiezers van Ginneken zal de beslissing zijn, of bij een
volgende verkiezing deze toestand zal. worden bestendigd.
Hiermede, Mijnheer de Voorzitter, wil ik mijn be
schouwingen eindigen, voor zoover die betrekking hebben
op de politieke samenstelling van den Raad.
Thans wil ik nog even de aandacht vrijden aan eeni-
ge gewichtige raadsbesluiten uit het verleden. Een der
belangrijkste is voorzeker het besluit, waarmede het
voorstel tot het bouwen van een nieuw gemeentehuis werd
verworpen. In aanmerking genomen de steeds slechter ge-
werden economische toestanden en ^daarmee in verband staan
de vermindering van de financieele draagkracht der ge
meente, geeft dit besluit aanleiding tot verheugenis,
aangezien hierdoor, althans in ae naaste toekomst, de
gemeente, voor de financieele lasten daaraan verbonden,
is bespaard gebleven.
Hiertegenover staat de jongste verhooging der sala-
rissen van verschillende ambtenaren, welk besluit van
de gemeente aanzien/élijke financieele offers vergt. Bij
de behandeling van deze kwestie heb ik, als lid van de
commissie voor georganiseerd overleg, den Raad in kennis I
gesteld met de omstandigheden, waaronder dit overleg was
gepleegd, n.l. met de belanghebbenden zelf.
Met het oog op de na dat overleg slechter gewordeh
economische toestanden, heb ik den Raad kenbaar gemaakt,
dat
i
■f