van datgene, wat van de overheid gevraagd mag of moet
worden, groepen, die elkaar het licht in de oogen niet
gunnen. En toch vormen zij de groote R.K.Staatspartij.
Wat hebben we van den nieuwen Raad te verwachten,
vraagt spreker, en werpt daartoe allereerst een terugblik
op het achter ons liggende jaar. Dan passeeren de revue
de belasting-politiek, de brandspuit, Bouvigne en het
Raadhuis, welke beschouwing spreker besluit met den uit
roep: "Mijne heeren, ik wacht op Uwe daden".
De heer SPRENGER memoreert nog den aankoop van Bou-
vigne. Spreker wil geen afstand doen van den term Bou
vigne schandaal 11 voor zooveel betreft de verhuring tegen
een zoo lage huursom, dat de transactie neerkomt op een
BO jarig subsidie aan het algemeene werk d,er K.J.V. van
f. 2000.-. Spreker moet thans nog onder de aandacht bren
gen de verknoeiing, die ons gemeente-eigendom in 1931
heeft ondergaan. Werd bij 2LKHX£XK3Ü58$ de behandeling in
deri Raad den aankoop nog aanlokkelijk gemaakt door voor
spiegeling van restauratie met aanzienlijke steun van het
rijk, Heemschut enz., nu anderhalf jaar later is daar nog
1
niets van te merken en spreker denkt, dat dit wel tot de
vrome wenschen zal blijven behoor en. Maar zelfs wat er was
mag niet ongeschonden blijven. Door het plaatsen van een
gebouw in onzen boomgaard is het kasteel ten eenenmale
ontsierd, is het monument voor altijd bedorteen, tenzij
de god van het vuur zich nog eens over ons ontfermt en
ons van dat monster verlost, zooals hij ons heeft verlost
van de Sterhoeve. Op de medewerking van Fiat rekent spre
ker bij voorbaat. U hebt den Raad voorgehouden, dat Bou
vigne zooveel mooier zou uitkomen. U hebt den lof verkon
digd van dengene, die deze schitterende oplossing heeft
gevonden