Volgnummer 122.
De heer OOMEN zo'u het gewenscht achten, dat de legger
zou worden vernieuwd.^
Volgnummer 13^»
De heer VAN SWOL vraagt toelichting, waarom de ver
goeding voor ri jwielgebruik hier op f. 50»- wordt bepaald
en voor andere functionarissen op f. J0,-»
De VOORZITTER antwoordt, dat het zoo door den Raad is
bepaald.
Volgnummer lh2.
De heer SPRENGER vraagt, waarom op het bedrag voor
onderhoud van het postkantoor bezuinigd wordt.
De heer VAN MIERLO merkt op, dat in 1933 "bij vernieu
wing der overeenkomst met herstellingen zal worden rekening
gehouden.
Volgnummer 165.
De heer BRINKERHOF vraagt of het in dezen tijd niet
mogelijk is, dat kinderen hongerig naar school gaan. Spre
ker stelt voor, dat de commissie voor sociale aangelegen
heden een onderzoek daarnaar instelt. Spreker stelt dien-
aangaande een motie irnor.
De heer LOERAKKER acht dit voor de commissie een moei-
li jkjteEXXX# vraagstuk,
De heer VAN MIERLO is van meening, dat aar. de commissie
geen uitvoerende taai: kan worden opgedragen.
De heer SPRENGER raadt den heer Brinkerhof aan Burge
meester en Wethouders het voorstel op te dragen.
De h'eer BRINKERHCF gaat daarmee accoord. Spreker hoopt,
dat Burgemeester en Wethouders niet lang zullen wachten»
Volgnummer 176,
Deze