✓A
De heer OOMEN kan zich niet vereenigen met het
prae-advies, omdat hij den geboren weg niet den juisten
vindt.
De VOORZITTER acht het inzamelen van gelden van
gemeentewege te omslachtig; daarom wordt voorgesteld
van gemeentewege eene bijdrage te geven.
De heer BRIKKERHOF plaatst zich lijnrecht tegenover
de opvatting van den heer Sprenger. Spreker juicht het
plan van harte toe; hij ziet er een begin in, dat de
overheid den plicht beseft voor de redders en nagelaten
betrekkingen te zorgen. Spreker zou liever nog iets
meer willen geven.
De heer VAM MIERLO zag liever eene inzameling van
gemeentewege; de opbrengst zou dan waarschj^alijk hooger
zijn dan f. 25.-.
De heer LOERAKKER ziet hier een taak voor het parti
culier initiatief. Een inzameliiig zal beter werken dan
stteun van pvieEheidswege. Spreker acht het beter èene
inzameling te houden.
De heer VAN MIERLO zegt, dat het houden eener collec
te de taak is van Burgemeester en Wethouders.
De Raad móet stemmen over het voorstel f. 25.- te
verleen en, Wanneer dat niet wordt aangenomen, houdt
die beslissing in, dat de Raad verwacht, dat er van
gemeentewege een collecte wordt georganiseerd.
Het prae-advies word-t in stemming gebracht en ver
worp en met twaalf t„egen dïie stemmen.
Tegen stemden de heeren: Brouwers; Rops; Oomen;
Kuijsten; Sprenger; Loerakker; Van Mierlo; Van Gestel;
Veltmaq; Van Eijl; Verdaasdonk en de Hoon.
Voor stemden de heeren: Van Nooten; Rijppaart en
Brinkerhof.
De