h
de manier, waarop ze gemaakt werden, buiten be
schouwing worden gelaten. Die de administratie
gevoerd heeft, moet het loon hebben en niet een
ander.
De heer VAN MIERLO meent, dat verschillenden
een deel van het werk kunnen verricht hebben; er
k.
is echter maar een, die als administrateur is aan
gesteld.
De heer VERDAASDONK meent, dat het niet is bewe
zen en niet te bewijzen, dat de administratiekosten
terug worden gestort in de kas van de kerkbesturen.
De VOORZITTER dankt de Commissie voor het
uitgebracht rapport.
De Raad vereenigt zich zonder hoofdelijke
stemming met het prae-advies.
De heer SPRENGER verzoekt aanteekening te
hebben tegen gestemd.
Rondvraag. De VOORZITTER stelt hierna gelegenheid
reen neb is.!' anea Jerf ai tOHH3XKÏH3 reeri aü
tot het stellen van vragen.
p "i f
I - 13
Kwestie 19. De heer BRINKERHOF moet nog een
vah~WeTt.
pijnlijk geval behandelen n.1. de
t jib 'io Hii:.; .cfi v "^nx'rxv-^:1 3te*t
kwestie Van Welt. Burgemeester en Wethouders zijn
tegenover dien persoon willekeurig opgetreden. De
.-r.-rJ ioov fix -i op t e y- tü yi
man heeft in zes maanden geen steun ontvangen,
C 1
omdat hij in concubinaat leeft en daarom volgens
een van de Wethouders niet bestaat. Op sprekers
inv ustbw nexAnfa qilb «Tab tjges HavriïriT.0 isen eu
verzoek om schriftelijk de motieven op te geven,
waarom hier steun geweigerd is, verklaren Burgemees-
ter en Wethouders, dat er geen aanleiding bestond
op een genomen beslissing terug te komen. Dat is
nee czl Irttlv aeo fusv f^eaiqs eib Ï96ttOMM t9£inev,sS
geen
-
- - •J