de R,K. Raadsfractie zijn, die den tijd van bestudee-
ring niet noodig achten, omdat ze stemmen, zooals de
heer Van Mierlo «s avonds te voren bevolen heeft, is
dit nog geen reden om anderen niet in de gelegenheid
te stellen studie van de onderwerpen te maken. De
Voorzitter van de fractie zegde wel toe tot overleg
bereid te zijn, doch spreker merkt daar niets van,
De heer BRAAKHUIS zegt, dat overleg niet van
een kant kan komen. Spreker heeft het voorstel niet
gekend en wil dit niet steunen, omdat hij niet bereid
is zich te onderwerpen aan de dictatuur van de minder
heid. De heer Sprenger, zegt spreker, overdrijft zijn
bezwaren danig, want in het algemeen zorgen Burgemees
ter en Wethouders voor tijdige con<pó<satie. Wanneer
eens van den regel wordt afgeweken, moet men nog niet
dadelijk met voorstellen komen. Bovendien moet toch
binnenkort wijziging van het reglement plaats hebben.
De heer BRINKERHOF wijst er op, dat er dus reeds
in de fractie een besluit is genomen. Het blijkt dus,
dat men een stuk of vijf leden, die de stukken zelf
moeten doorwerken, niet ter wille wenscht te zijn.
De heer SPRENGER noemt de motieven van den heer
Braakhuis betreffende overleg goedkoop. Spreker be
hoeft toch eerst geen përmissie te vragen om een voor-
stel in te dienen. Het overleg moet innden Raad plaats
hebben. Spreker stelt een motie voor van den volgenden
inhoud:
De Raad der gemeente Ginneken en Bavel in zijn
openbare vergadering van 30 April 1932»
van oordeel, dat de leden van den Raad in de
gelegenheid behooren te worden gesteld vóór de
'f'3;f'5 Tv C
4
-
