voordeel te trekken;
gehoord de'hèsprekingen in deze vergadering;
keurt deze handelwijze van het Bestuur der
Bijzondere scholen te Ulvenhout ten zeerste
af;
draagt Burgemeester en Wethouders op onver
wijld die maatregelen te nemen welge volgens
de wettelijke bepalingen noodig zijn;
besluit deze motie ter kennis van het betref
fende schoolbestuur te brengen en
gaat over tot de orde van' den dag.
Tijdens het betoog van den heer Brinkerhof
is de heer Rops ter vergadering gekomen.
De heer VAMIERLO wil het betoog van den
heer Brinkerhof niet geheel volgen. Het is onjuist,
dat Burgemeester en Wethouders in deze niet diligent
geweest zijn. Burgemeester en Wethouders hebben
eerst overwogen, wat ze moesten döen en hebben met
de*,inspecteur er over gesproken, die aanvankelijk
afwezig was. Meendè de schoolcommissie, dat zij met
deze zaak*iets te maken had, dan had zij zich rechte
streeks tot den Miniêter moeten wenden. Nergens is
aangeduid, waarom die daad onwettig was. Of het ver
keerd is, ca.iT beide seksen bij elkander zitten, daar
hebben wij niets mee te maken, daar zegt de wet niets
van. De heele aangelegenheid is aan het oordeel van
Burgemeester en Wethouders onttrokken. Wat de heer
Brinkerhof zegt, gaai^ laftgè ons af. Het verwijt aan
het schoolbestuur'wat betreft de meubelen is geheel
ongegrond, want hadden ze nieuwe meubelen gewild,
dan hadden ze dit kunnen vragen, ingevolge artikel
72 der Lager Onderwijswet, maar dan zou de heer
Brinkerhof
