De heer BRAAKHUIS zegt, dat de heer Pijnappel een
ander lichtpunt in de zaak geeft. Men zou heter in de
lichtcommissie de zaak nog eens onder de oogen kunnen
nemen.
De heer BRINKERHOF zou willen zien, dat de oproeping
in een plaatselijk blad geschiedt en alleen een inwoner
van Ginneken wordt genomen.
De VOORZITTER zegt, dat Burgemeester en Wethouders
hun besluit zullen nemen na de Lichtcomissie te hebben
gehoord.
Aldus wordt door den Raad besloten.
Rondvraag. De VOORZITTER geeft thans gelegenheid tot het
stellen vanvragen.
Plaatsing 18. De heer VAN stOL wil er de aan-
lantaarn
Valteenierslaan. dacht op vestigen, dat de lantaarn
in de Valkenierslaan nog niet geplaatst is. Het
wordt hoog tijd, dat er een lantaarn komt.
De VOORZITTER antwoordt, dat men uitdrukke
lijk den heer Van der Put opdracht heeft gegeven
dien lantaarn te plaatsen, maar deor overlading
van werk is de lantaarn niet geplaatst. Spreker
zegt, dat de verf voor de lantaarns is aange
schaft en dat deze zoo spoedig mogelijk zullen
worden geschilderd.
Vuil van 19» De heer BRINKERHOF heeft reeds een
straten en
wegen. paar maal gewezen op den toestand der
straten. Vanaf het divisielcantoor tot de Van Dui
venvoordestraat stond de straat vol^ water. Spre
ker hoort juist, dat er verf is aangekocht en
vraagt of dat schilderen in gemeentedienst
geschiedt