Verg, 21 December 1933»
Tweede Kamer zeer ernstige bedenkingen heb^a geuit
tegen deze nette partij.
De smokkelhandel met vuurwapens en munitie, zooals
die in Duitschland is toegepast, nam ook hier bedenke
lijke afmetingen aan. Zelfs onze gemeente Ginneken
schijnt in ons land er beroemd berucht door te worden,
althans is het, vier weken geleden, door ons geheele
land bekend geworden, dat in onze brave burgerwacht
leden zijn, die lid zijnrvan een organisatie, niettegen-
staande het verbod van Minister Deckers. Mijnheer de
Voorzitter, men beweert, dat U 'hiervan op de hoogte
waa^t. Als dit zoo is, mijnheer de Voorzitter, en waarom
zou ik reden hebben te twijfelen, dan wil ik hier open
lijk mijn affeeuring er over uitspreken en dank brengen
aan de onthullers en verspreiders van deze opzienbare
gebeurtenis. Deze nette heeren hebben zich niet ontzien,
om met deze 'smokkelhandel, hun zucht naar geld, ook nog
anderen te hebben overgehaald om aan deze unfaire hande
lingen deel te nemen. En dat zullen de redders zijn van
ons vaderland.
Mijnheer de Voorzitter, als men het oor te luisteren
legt, dan is de democratie in ons gemeentebestuur, ik
bedoel het dagelijksche, mijnheer de Voorzitter, zeer
sterk aan het tanen en is zelfs zoover gezakt, dat het
groote moeite feeeft er iets van te behouden. Og hier
liet fascistische idee ingangJieeft gevonden? Ik betwij-
fel het sterk. Ik kan haast met zekerheid verklaren, dat
deze ondemocratische gevoelens reeds voor de komst van
het fascisme bestond. Dit moet noodwendig tot tweedracht
leiden, waardoor de belangen van onze gemeente benadeeld
worden.
De eendrachtige samenwerking, waarvan Burgemeester
en
-v I 'V - '"V .1 r •- i •--> ;-«•