Tweede en laatste blad. 2 VTK- ?0 Jusi 1»^ De heer VAN SWOL merkt op, dat het voor een particulier instelling is; spreker is daar op tegen. De heer VAN MIERLO zegt, da^ we daar niets mee te maken hebben. Er worden veel werkzaamheden voor particulieren in werkverschaffing verricht.' De heer BRAAKHUIS acht het voorstel uitstekend. De heer BRINKERHOF vraagt, of er een definitief besluit wordt genomen omtrent de ophooging van het terrein en de verdere veranderingen. De heer VAN MIERLO zegt, dat die beslissing bij Burge meester en Wethouders behoort. Aan den Raad is daarvan uit beleefdheid mededeeling gedaan. Exploitatie 4. De heer BRINKERHOF vraagt, hoe het staat met grondM. - de plannen van het grondbedrijf. De heer VAN MIERLO zegt, dat hieromtrent een onderzoek wordt ingesteld. De plannen komen echter ver over het millioen. Burgemeester en Wethouders zijn er van geschrokken Burgemeester en Wethouders zullen nazien of een kleiner plan is uit te voeren. De VOORZITTER deelt mede, dat we iemand hebben om den grond aan te koopen. De Commissaris der Koningin heeft daar in advies gegeven. Het is echter een millioenenplan. De heer VAN GESTEL vraagt, welke terreinen er onder zijn begrepen. De VOORZITTER zegt, dat het gaat om de terreinen tus- schen de Ploegstraat en de Valkenierslaan en tuarohen de Overakkerstraat en de Bavelschelaan. Dan zijn er nog de terreinen tusschen de Bavelschelaan en de Ulvenhoutschelaan. Hamel is al hier geweest om er over te sppeken. De heer BRINKERHOF acht de uitbreiding noodig. De heer BROUWERS zegt, dat men bezig is gronden aan te koopen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 203