Zij betreuren, dat het.besluit is genomen. Spreker
heeft gemeend daarop den Raad te moéten wijzen. Wat
hij heeft gezegd, is sprekers vaste overtuiging. Als
het besluit gehandheefd blijft, gaat het sportpark weg
en dan is de heele opbrengst verloren. De post voor
onvoorziene uitgaven is ruim genoeg om daaruit het
bedrag der verminderde opbrengst te putten. We moeten
niet de kip slachten, die de gouden eieren legt.
De heer SAVENIJE vindt het standpunt van de Direc
tie vreemd. Het vorige jaar is het besluit genomen
op het kantje af. Spreker vraagt of zulk een besluit
wel een groote zekerheid geeft.
De VOORZITTER zegt, dat het tóch een besluit was.
De heer SAVENIJE zegt, dat de toestand ook is
veranderd. De belastingen moeten worden verhoogd
en de salarissen worden verlaagd, terwijl de inkom
sten dalen. De belasting wordtopgebracht door de
bezoekers. Spreker had ook gedacht, dat de prijzen
om-laag zouden gaan, doch dat is niet geschied. Spre
ker meent, dat de Raad prijs stelt op het behoud van
de wielerbaan. Niet een raadslid zal zeggen, dat hij
blij is, dat de wielerbaan weggaat. Spreker is van
oordeel, dat de baan toch zal weggaan, omdat het ver
lies te groot is. Spreker gelooft ook niet, dat een
lid er om godsdienstige notieven tegen is. Spreker
heeft ook niet gedacht aan kleineering der sport.
De VOORZITTER merkt op, dat de heer Savenije zich
heelemaal stelt op financieel standpunt. Spreker
zegt vervolgens, dat de tarieven niet kunnen worden
verhoogd. Er is daarvoor een grens. Er wordt op de
haan een groot verlies geleden.
De heer LOERAKKER zegt, dat de Raad niet tegen
sport ès. Hij heeft een brassardpenning toegestaan
en compensatie toegekend voor het waterverbruik.
Nu wordt het- een strijd. De Raad kan intimidatie
niet toestaan.
De heer VAN GESTEL verklaart zich tegen alle
sport.op groot terrein. Spurt moet geen hoogtij
vieren, doch wel de levensernst. Het is beter de
sportmenschen te belasten dan straatbelasting in
te voeren. Spreker acht billijk, dat de belasting
blijft bestaan; het was een zwakke zekerheid. De
directie heeft over zwak ijs geloopen.
De VOORZITTER zegt, dat het om een groot belang
gaat. Hij zal alle pogingen aanwenden om het raads
besluit ongedaan te krijgen. Hij weet niet, of het
hem lukken zal, doch hij zal het trachten.
De heer BRINKERHOF zegt, dat de Raad op prijs
stelt, dat de wielerbaan behouden blijft; wanneer
blijkt, dat de wielerbaan haar exploitatiekosten
niet dekt, zal de Raad wel bereid zijn een vergoed
ding toe te staan.
De VOORZITTER kan met deze gedachte ascoord gaan.
De heer VAN SWOL zegt gehoord te hebben, dat de
zweminrichting in wetkverschaffing zal worden ge
maakt. Dit is echter werkverruiming. Het maken van
de