Verg;. 30 November 193^ We kunnen niet zeggen, dat het beheer van het armbestuur niet goed is. De accountant zegt, dat het goed is. Spreker gelooft, dat het niet ver standig is de maatschappelijke ardening vooruit te loopen. De heer OOMEN voelt niets voor een commissie. "Wanneerbhet armbestuur zijn taak niet goed ver richt, moet men andere leden kiezen. De heer VAN GESTEL heeft er geen bezwaar tegen den Heer Brinkerhof een kans te geven. Dé heer LOERAKKER heeft geen bezwaar tegen een commissie. T-Ti i is het echter niet eens met wat de heer Brinkerhóf zegt van de leden. Spreker ziet het verschil niet in met den tegenwoerdigen toe stand. Het groote bezwaar is, dat de ondersteu ning van behoeftigen een onderwerp wordt van politiek en strijd in den Raad. De heer BRAAKHUIS zegt, dat de heer Loerakker de zaak vooruit loopjr. De commissie zal misschien adviseeren niet op het voorstel in te gaan. De VOORZITTER brengt in stemming of het voor stel ter onderzoek zal worden verwezen naar de bestaande commissie, welke in onderzoek heeft den schoolartsendienst en de geneeskundige armen verzorging. De heer VAN OPSTAL vraagt, of het niet beter zou zijn de commissie met twee leden uit te breiden. De VOORZITTER acht dit niet noodig. De heer ROPS wordt bij loting voor den duur der vergadering tot voorstemmer aangewezen. Het voorstel, in stemming gebracht, wordt aangenomen met acht tegen zeven stemmen. Voor stemden, de heeren: Savenije; Van Swol; Pijnappel; Brinkerhof; Van Gestel; Van Mierlo; •Braakhuis en Loerakker. Tegen Stemden de heeren: Rops; Verdaasdonk; Kessel; Van Gil-s; Van Opstal; Oomen en de Hoon, Onderzoek f. Voorstel d.d. 13 November 193^ voedingstoestandvan den heer Brinkerhof, lid schoolgaande van den Raad, tot het laten kinderen. instellen van een medisch onderzoek naar den voedings- toestand van alle schoolgaan de kinderen. Burgemeester en Wethouders adviseeren af te wachten het voorstel der bestaande commissie, welke een onderzoek instelt naar de mogelijk heid en wenschelijkheid van een geneeskundig; schooltoezicht, alvorens een onderzoek als door den heer Brinkerhof wordt voorgesteld, in overweging te nemen. De

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1934 | | pagina 139