Verg. 30 Sept.1955»
Beeediging
plaatsvervangend
ontvanger en
BgQglïiïg te
stellen zekerheid.
2. 33SEDIGING VAN DEN PLAATSVËRVANGEN-
DEN ONTVANGER EN REGELING BETREF
FENDE DE DOOR HEM TE STELLEN ZEKER
HEID.
Door Burgemeester en Wethouders is
als plaatsvervangend ontvanger aangewezen de heer
H.J.M, Mol, adjunct-commies tweede klas ter secre
tarie.
De heer Mol legt eerst den hij de wet voorge
schreven zuiveringseed en daarna den hij de wet voor»
geschreven ambtseed in handen van den Voorzitter af,
Wat betreft de regeling der door den plaatsver-
vangenden ontvanger te stellen zekerheid gaat de
Eaad accoord met het prae-advies van Burgemeester
en "Wethouders. Het bedrag der zekerheid wordt be
paald op f. 7000.-, Wanneer de zekerheid wordt ge
steld door middel van de vereeniging van tot zeker
heidstelling verplichte gemeente-ambtenaren wordt
de premie voor den plaatsvervangend ontvanger, even
als voor den ontvanger, voor rekening der gemeente
genomen, evenals het in eens te storten bedrag van
f. 70.- en het intredegeld van f. 2,50. Als bank
instelling, bedoeld in artikel 11 der instructie van
den ontvanger, wordt voor den plaatsvervangend ont
vanger, zooals voor den ontvanger, aangewezen de
bank voor Nederlandsche Gemeenten,
Ingekomen 3. INGEKOMEN STUKKEN.
stukken.
Behalve de stukken, welke bij andere agenda
punten zijn vermeld, is nog ingekomen een verklaring
van den heer A.H.M. van der Sande betreffende zijn
verplichtingen ingevolge raadsbesluit van 30 Juni
1935»
De heer SAVENIJE vraagt of de kwestie Van der
Sande nu geheel van de baan is.
De VOORZITTER zegt, dat wordt verwacht, dat
vanmiddag om 3 "aar de akte zal worden geteekend.
Ontslag ij-, ONTSLAG VAN DEN HEER J.H. VSRLEGH ALS
J.H. Verleghl LID VAN HET BURGERLIJK ARMBESTUUR VAN
GINNEKEN.
Maatregelen zullen worden getroffen om in de
vacature, ontstaan door het ontslag van den heer
Verlegh, te voorzien.
De heer BRINKERHOF zegt, dat het een lang ge
koesterde wensch is van den Bredaschen Bestuurders-
bond een lid aangewezen te krijgen in dit Burger
lijk Armbestuur.
5. REKENINGEN