Verg, 30 Sept. 1935. wordt dan aan verbonden, zooals de commissie voor georganiseerd overleg voorstelt, dat de toelage begint bij het eerste kind. De Minister zou dan kunnen zeggen, "goed, maar dan 5 1° korten]' Het grondsalaris blijft een redelijk salaris. De lieer OOMEN zegt, dat we hier booi gemeente belangen zitten. Juist het grondsalaris moet een goed salaris zijn. De heer VAN GESTEL meent, dat juist de rijks regeling verslechtering voor groote gezinnen brengt. Voor de eerste kinderen wordt meer kin dertoelage betaaltL Voor een gezin met vijf kin deren blijft het gelijk. Voor gezinnen met meer dan vijf kinderen is de rijksregeling nadeeliger, De heer BRINKERHOF zegt, dat de Minister is uit gegaan van de meening, dat bij het bepalen van de salarissen men de kindertoelage ter zijde moet houden. Spreker meent, dat het grondloon van dien aard moet zijn, dat men een huishouden van 8 kin deren moet kunnen onderhouden. Het gaat hier om een principe. De heer VAN MIERLO meent, dat de heer Brinker hof zich vergist. De Minister houdt geen rekening met het grondsalaris, maar met het geheele ssla- £is, toelagen, vergoedingen, kortingen enz, in begrepen. De heer BRINKERHOF stelt voor, wat betreft de kindertoelage de rijksregeling toe te passen n.l. 3 vanaf het eerste kind met een minimum van f. 60.- per kind. Dit voorstel wordt verworpen met acht tegen zeven stemmen. Tegen stemden de heeren: Kessel; Van Gestel; Van Mierlo; Hops; Verdaasdonk; Van Gils; Braak huis en Savenije. Voor stemden de heeren: Brinkerhof; Stolkjv.Swol: Foeken; Oomen; Van Opstal en Struijs. Artikel 3» laatste zin. De heer BRAAKHUIS zegt, dat de verplichting, dat de hoofdagent in het bezit moet zijn van het poli- tiediploma feitelijk geen zin meer heeft, wijl de hoofdagent nu benoemd is. De heef FOEKEN zegt, dat de benoeming van den hoofdagent geschiedt, nadat de verordening is vastgesteld. Wanneer dus die bepaling vervalt, zou de benoeming ongeldig zijn. De VOORZITTER zegt, dat de hoofdagent diploma heeft met aanteekening. De heer FOEKEN acht het toch beter, dat deze bepaling in de verordening blijft. De heer BRAAKHUIS zegt, dat het niet aangaat, dat de hoofdagent theoretisch beneden een onder geschikte staat. no

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 124