Door deze spitsvondigheid heeft zich het College moreel ernstig geblamjéeerd. Bovendien heeft zich de wethouder van openbare werken met deze uitspraak onmdmdig verklaard» Van mijn 7 vragen is er een bij die het hoofd der politie betrof; de andere 6 be treffen den dienst van openbare werken, waarbij de werklieden en het gebruik van de vuilnisauto's be trokken waren. Wanneer door het in bezit nemen van een gemeentelijk vervoermiddel dit vervoermiddel beschadigd zou worden, of een der werklieden zou een ongeval overkomen, of nog in een ander geval, wanneer door onoordeelkundige wijze door gebruik making van dit vervoermiddel het een of ander toe- behoorende aan de gemeente, beschadigd zou worden, zou dan de wethouder van openbare werken met èen dergelijk antwoord genoegen nemen? Heen, immers! Hu betreft het een ingezetene en al mag dit direct niet hetzelfde zijn,er bestaat toch ook nog een mo reel e plicht. Of hebben Burgemeester en Wethouders die afgelegd? BIeben die werklieden niet in gemeente dienst? Zeer zeker! Maar dan draagt de Wethouder in de eerste plaats en Burgemeester en Wethouders geza menlijk alle verantwoording. Maar stel nu eens, dat juridisch het gegeven antwoord juist zou zijn, zijn dan Burgemeester en Wethouders ook moreel met dit antwoord van de zaak af? Keuren Burgemeester en Wet houders de wijze van vervoer der meubelen goed? Keuren Burgemeester en Wethouders de behandeling van deze meubelen, hoe schamel ze ook mogen zijn, goed? Rekenen Burgemeester en Wethouders het niet tot hun taak, om voor het welzijn van hunne ingezetenen op te komen, of strekt zich dat niet verder uit, dan de welgestelde inwoners? Ha dit antwoord, wat voor mij een fatsoenlijk onbeschoft antwoord is, heb ik niet stil gezeten en zond op 1^ September aan Burgemeester en Wethoué-e ders met de mededeeling, dat ik het met dit antwoord niet eens was. Daarna zond ik op 23 September op nieuw vragen aan Burgemeester en Wethouders luiden de: Is het Burgemeester en Wethouders bekend, dat een reinigingsauto van de gemeente voor de ontrui ming van het bovenhuis, gelegen hoek Markt-Brug- straat- is gebruikt' 'en wel op een zeer onoordeelkun dige wijze? Willen Burgemeester en Wethouders mededeel en, waar op de bevoegdheid van de politie om deze auto voor het genoemde doel te gebruiken steunt? Indien Burgemeester en Wethouders hiet van meening zijn, dat, indien aan het bestaan van die bevoegd heid niet getwijfeld moet worden, in het onderhavi ge geval dit gebruik onoordeelkundig is geweest? Hierop mijnheer de Voorzitter mocht ik eerst op 16 October antwoord ontvangen,wat ik verre van be leefd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 149