A3'
Vert:» 29 Juni 1935»
"V 4 'w
gevoerd en waarom in Ginneken niet».-Het advies,
dat den Minister gegeven is,, is verkeerd gegeven»
Watervoorziening 13» 3e heer BRINKERHOF mist de
werkv er schaf f i ng« zekerheid of het drinkwater
■hij,de werkverschaffing geschil
is voor menschen, Spreker zou Burgemeester en Wet
houders willen voorstellen wat water op te sturen
voor onderzoek, cr
De heer OOMEN MBent, dat het water heel gibed
is*
Be heer BRINKERHOF zegt, dat het gaat over het
water, dat in den put staat, te laten,onderzoeken;
het is een kleine moeite*
De VOORZITTER zegt, dat dit zal gebeuren,
ff
Werkzaamheden lh, De heer SAVENIJE vraagt hoe het
Overakkerstraatf met de vorderingen der werkzaam
heden in de Overakkerstraat is
gestelde
Dc V" OESTER zegt, dat de opmetingen zijn gefe-e
bemtd van de strookjes grond, welke moeten worden
onteigend*
De heer SAVENIJE zegt, dat er toch eerst met
die menschen overleg zal moeten worden gepleegd*
Zoolang 'er niets gekocht is, beteekent het niets.
Spreker zou er prijs op stellen, wanneer de zaak
wordt bespoedigd»
Verhooging 15» De heer KESSEL wijst als wërkob-
RAamstraat, ject op de verhooging van de
Raamstraat, -di:xÉ"; s
De he er „ÖCtlEN zegtdatdemenschen te veel
---- per M2"vragen; De weg, wordt-"andérp veel smaller,
en zal. geen-4-g- m^ter breed zijn,
Kolken X 16; De heer KESSEL vraagt, of er
Teteringschen Dijk.' nog'geen besluit van hét Rijk 3
is genomen aangaande het'.plaatt
een van kolken in den Teteringschen Dijk* r -
•r Dë VQORZITTÈR zegt, glat °r eerst overeenstem
ming-moet zijn met Teteringen.:
Dë heer KESSEL zegt, dat'er hier een kwestie
is van laten hangen
De VOORZITTER zegt,,dat er nooit een brief;
~v van den Ministeris ontvangen. c erkzac
De heer KESSEL vraagt, of er.geen afschrift
van dien briof gevraagd kan worden.
De VOORZITTER zegt, dat dit,,-zal gebeuren,
iv 17» De
3