Verg. 18 .December 1936. 22. De heer VAN GESTEL acht zich ontslagen op hetgeen door den heer Van Mierlo is gesproken in te gaan. Hij zegt, dat de heer Brinkerhof in zijn algemeene beschouwingen heeft gesproken over het plan van den arbeid en daarbij verschillende objecten besproken heeft, die door de gemeente zouden kunnen worden uitgevoerd. Wat betreft het rioleeringsplan, dat zal bij de begrooting worden besproken. Spreker zegt, dat de bruggenbouw in verband staat met de verlegging van de Leij, waarover al zooveel papier is vuilgemaakt. Wat betreft het bouwen van een nieuw raadhuis, weet spreker wel, dat het noodig is, doch in deze tijd is' daar niet aan te beginnen. Voor goedkoope woningen voelt spreker wel. De heer Brinkerhof kan hieromtrent altijd nog een voorstel doen. Wat betreft de wegen, zegt spreker, dat er al zooveel wegen verbeterd zijn en er nog veel te verbeteren valt. Bij 11 Openbare werken wordt ver betering van wegen niet uit het oog verloren. De heer Brinkerhof heeft ook gesproken over de .bedeeling door het Armbestuur en de betaling der huishuur. In ae vorige vergadering heeft de Raad zich daarmee in grove lijnen vereenigd. Binnenkort zal wel blijken of aan de wenschen van den Raad wordt tegemoet gekomen. De heer Foeken heeft gesproken over de ferhooging van salaris bij steunverleening en werkverschaffing. Dit bureau breidt zich nog steeds uit en kan met het huidige personeel het werk niet af. De heer Oomen heeft gesproken over f. 1000.-, welke niet zijn gebruikt, deze zouden zijn voor den Strijbeekschen weg. Er is gezegd, dat met f. 1000.- geen verbetering te maken was. Soen is getracht dezen weg op het rijkswegenplan te plaatsen, maar hiervoor was geen schijn van kans. We hebben nu gemeend die f. 1000.- op de begrooting te laten. Zou dit voorstel niet kunnen worden aanvaard, dan zouden die f. 1000.- voor de slechtste stukken kunnen worden gebruikt. De heer Oomen heeft gezegd, dat de bewoners van de buiten wijken ontevreden zouden zijn, doch spreker kan dit niet inzien. Spreker kan ook niet begrijpen, waarom men nu van Ginneken verlost zou willen zijn. Inder tijd toen de annexatie in de pen was, was hiertoe veel meer reden. Toen was geen enkel pad in orde. En nu zijn de laatste jaren de wegen zoo verbeterd, dat spreker niet kan inzien, dat men los van Ginneken wil. Dan heeft de heer Oomen nog gesproken over het bouwen in de buitenwijken en over het bouwen van een pakhuis in Bavel. Hét schijnt, dat door het Gemeente bestuur het bouwen van een pakhuis is onmogelijk ge maakt. Spreker heeft met het hoofd van dienst hier- -over gesproken, doch er is nooit een aanvraag over geweest. Nu wéét de Raad, dat er een bouwverbod is over de geheele gemeente. En juist op die plaats kan er een pakhuis komen. Spreker gelooft, dat de heer Oomen geen reden tot klagen heeft. Wat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 179