Verg18 December 1936. y
het politietoezicht in wijk D. Spreker heeft de
werkzaamheden op het politiebureau gecontroleerd
en heeft wel kunnen constateeren, dat er veel
werk is hetgeen dagelijks toeneemt. Spreker denkt,
dat Heusdenhout er nu weer buiten zal vallen.
Dit is een noodzakelijke post, die zeer zeker
verhoogd moet worden. Spreker zou het zeer op
prijs stellen, wanneer deze post verhoogd werd
met twee agenten.
De heer BRINKERHOF heeft de werkzaamheden wel
niet gecontroleerd, maar weet zeker, dat het poli
tiecorps met 2 agenten moet worden uitgebreid. Er
zijn politieagenten, die 5° a 58 uren per week
moeten werken en van^ vergoeding is gp en sprake.
Spreker is er voor, dat hier gedeeltelijk een eind
aan moet worden gebracht door"2 agenten aan te
stellen.
De VOORZITTER zegt, dat hij 2 agenten moet heb
ben. ^Spreker zou er niet om vragen, wanneer hij er
met een kon volstaan.
De heer BRAAKHUIS vraagt^wanneer er twee agen
ten bijkomen of er. dan ook een op Heus denhout komt
De VOORZITTER zegt dit toe.
De heer VAN GILS vraagt, of het niet mogelijk
is, dat er binnenkort een agent te UIbenhout komt.
De VOORZITTER zegt, dat men dat maar aan hem
moet overlaten.
De heer „STRUIJS zegt, gehoord te hebben, dat
er een agent te Ulvenhout gaat wonen.
De VOORZITTER zegt, dat er geen sprake van is.
Het politiecorps is nu goed geregeld. Heusdenhout
is een speciaal geval door de drukte op den Til-
burgschenweg.
De heer VAN MISRLO is van meening, dat er in
Ulvenhout ook een vaste standplaats moet zijn.
Wanneer er 2 agenten zullen worden benoemd, moet
en een in Ulvenhout en een in Heusdenhout komen.
De VOORZITTER zegt, dat men hem nu niet moet
dwingen, dat er in Ulvenhout een agent moet komen.
Spreker heeft tenslotte den dienst te regelen. In
Heusdenhout- kan er een komen, mits de centrale in
Ginneken blijft.
De heer VAT MISRLO zegt, dat ten koste van Heus
denhout, Ulvenhout de dupe wordt.
De heer ROPS zegt, dat het hem ook zeer spijt,
dat Ulvenhout geen vaste politieagent heeft.
De VOORZITTER merkt op, dat Ulvenhout nu even
goed beschermd is alsof er een politieagent woont.
De heer STRUIJS zegt, dat Ulvenhout en Ginneken
alshet ware een is. Spreker kan het bezwaar niet
inzien, dat een agent in Ulvenhout woonachtig is.
De heer VAN GESTEL zegt, dat, nu hij geen enkel
toezegging heèft, dat er "in Ulvenhout een agent
komt, hij geen reden heeft om voor dit voorstel te
stemmen. Spreker geloo-ft, dat het een plicht is
van den Raad, dat de buitenwijken een goed politie
toezicht