bezwaren gemaakt. Sen rapport van Van Gils bereikte de commissie en is door haar onderzocht. Vroeger was-alles goed, doch Van Gils meende, dat de zaak niet in den haa was. Toen het rapport door de commissie werd onderzocht was Van Gils bevreesd geworden van de S.D.ADP. fractie, Van Gils is toen naar een werkgever gegaan en heeft ge zegd': ze maken het mij zoo lastig; de heele S.D.A.F. fi tie staat er achter. Dit heeft tot gevolg gehad, dat de juffrouw verlaging van loon heeft gekregen. Spreker vraagt": 'is dat in orde met dien ambtenaar. Mag die der gelijke gegevens verstrekken. De klachten zijn legio^ De heer BRAAKHUIS zegt", dat daardoor niet is beweze dat het niet goed is. De heer VAN MIERLO vraagt, wat die ambtenaar verkee heeft gedaan. Te zeggen, dat de heele S.D.A.P. fractie er achter staat? Daardoor wordt die juffrouw toch niet benadeeld. De heer Brinkerhof kan deswege Burgemeester en Wethouders niet ter verantwoording toepen. De heer BRINKERHOF zegt, dat Burgemeester en Wethou ders hem antwoord moeten geven. De heer VAN MIERLO ontkent dit en zegt, dat de hlfdi Brinkerhof de feiten verkeerd voorstelt. De heer Brin kerhof heeft gezegd, dat een man was ontslagen, omdat die drie jaar geleden wel eens een borreltje had gedron ken. Hij is echter ontslagen wegens dronkenschap. De heer BRAAKHUIS z'egt, dat de heer Brinkerhof de zaak verkeerd heeft voorgesteld; die heeft gezegd, dat de man wel eens een borreltje had gedronken. De heer VAN MIERLO merkt op, dat het ook niet gaat om het borreltje of om het dronken zijn, maar door het feit van het ontslag was die man geen crisiswerklooze en mocht die niet in de steunregeling worden opgenomen. De

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 216