Verg 25 Dec. 1937.
182.
er niet betaald, schijnbaar moeten de menschen
maar een kuil graven en als dan Onze Lieve Heer
het laat regenen, kunnen de menschen water bemach
tigen. Een woning hebben ze niet noodig, want huur
wordt, in de overgroote meerderheid niet betaald.
Goedkoope boter, vet enz. is niet voor de armsten
ondei? de armen bestemd, want daar hoort geld bij,
wat.'eenvoudig, door dat bestuur niet wordt verstrekt, I
Mijnheer de Voorzitter. Ik zou'zoo een tijdje kunnen
doorgaan, doch dat alles zal niet baten, tenzij de
Raad krasse maatregelen neemt. Of de Raad deze zal
nemen? :Mijnheer de Voorzitter, jaren aaneen heb ik
hier verkondigd, dat er schijnbaar andere machten
werkzaam waren, die het Burgerlijk armbestuur in
deze richting dreef. Ik kon mij toen niet voorstel'
len, dat de Voorzitter van dat bestuur met zijn
intrede in C-inneken met een hand omdraaien was ver- I
anaerd. Mijnheer de Voorzitter. Ik ben gewoon om het
goede in de mensch het. eerst te zien, dat brengt
mijn ambt mede, doch ..ik moet tot mijn spijt erkennenj
dat ik in deze dwaalde en een verkeerde voorstellinr
van dezen heer had. Ik hoop, dat de meerderheid van
den Raad dit eens ennstig in overweging zal nemen en
hier eens een onderzoek zal doen instellen. Zoo kan
het niet niet langer voortduren.
Na deze sombere woorden kan ik gelukkig ook and
laten hooren.
Mocht ik in mijn beschouwingen van verleden jaa:I
een teleurstellende mededeeling laten hooren ten op
zichte van de indeeling van onze inwoners bij benoe
mingen in .gemeentediensten, thans ben ik in staat ge
steld mede te deelen* dat het mij een genoegen doet,
dat Burgemeester en Wethouders deze mededeeling hei-
ben gelogenstraft door de eerste categorie, die ik
toen noemde, in aanmerking te doen komen voor een_
gemeentebetrekkingi Ik erken hiervoor mijn danki Ho
gelijk dat Burgemeester en Wethouders de andere ooi
de gelegenheid zullen stellen hiervoor in aanmerking
te laten komen. Bij voorbaat mijn erkentelijkheid.
Mijnheer de Voorzitter. De uitbreiding en de
daarmede verfraaiing van onze gemeente heeft zich oi
in het afgeloopen jaar voortgezet en nog staah groot*
sche plannen op stapel om in uitvoering te worden
gebracht. In de laatste vergadering zijn hier reeds
stappen voor ondernomen, zij het dan niet met alge
meen e stemmen, de meerderheid van den Raad heeft
een kijk op de toekomst en ziet gelukkig verder dan
hun neus lang is. Ik wil enkele noemen n.l. de ex
ploitatie van den Schoolakker, het maken van een
zwemgelegenheid, waarvoor de voorbereiding in ver-^
gevorderden staat zijn en het uitbreidingsplan, zoo-
als het ter visie ia neergelegd, allen groote pla^;
die van de gemeente financieele offers zullen vrage
-en den dienst bouw- en woningtoezicht veel
De laatste zal het' echter tot een voltooiing breng®"
wanneet