IIL
Naar sprekers meening is daarvoor^een betere plaats
Het betoog vaa den heer Foeken doet spreker geweldig
veel plezier De Red moet ze ;gen, vat hij wil We
hebben nu een kans en die krijgen we nooit meer terug.
Later zal misschien een nog hoogeren prijs worden ge
vraagd. De Stic .ting vil met zijn werk doorgaan. De
heer Tutein Nolthenius heeft gesproken namens het Be
stuur. Spreker zou ale slot ■-illen zeggen last de Raad
er ernstig over denken Spreker gelooft niet, dat de
Raad er ooit spijt van zei hebben. Er is geen reden
oor annexatie te ijken 0b
De heer Foeken merkt op, d;t het aanbod ven het Bestuur
van Harifendal is te beschouwen als geste van gemeenschap!
zin en niet van financieel standpunt
De heer Brinkerhof blijft het betreuren, dat de Raad
L riënda.1 niet heeft gekocht. In de openbare Raadsver
gadering is gesproken van gepruts. Er is naar sprekers
meening te kort aan vooruitzienden blik. Er is te wei
nig vooruitgang W&t tot stand komt, wordt afgedwongen,
Breda gaat prat op het Mastbosch. Daar moet Ginneken
van profiteeren. Een zwembad had er reeds een paar jaar
geleden moeten zijn. Men ken van Ginneken een mooie
gemeente maken. Spreker blijft van meening, dat Mari'ên-
dal had. moeten zijn aangekocht. De annexatie speelt
thans parten. We kunnen daarvoor niet stilstaan
I
De Voorzitter is het voor een deel eens met den heer
Brinkerhof. We moeten ons niet overgeven. We moeten
blijven doorwerken ondanks de annexatie
De heer Oomen zegt, dat hij bij het uiten zijner mee-
ning alleen het belang der gemeente Ginneken en Bavel
op het oog heeft. Spreker zou kunnen adviseeren Mari'ên-
dal aan te koopen. Hij zou echter nooit zijn stem geven