Verg. 2^ Maart 1957. it
tegen drie stemmen.
Tegen stemden de heeren: Stfuijs; Van Gestel;
Braakhuis; Kessel; Van Mierlo; Van.-Gils; Van Opstal;
Verdaasdonk; Savenije en Van Swol.
Voor steraden de heeren; Foeken; Faes en Brinker
hof.
Rapport 8. RAPPORT DER COMMISSIE TOT ONDERZOEK
bad- en NAAR DE MOGELIJKHEID VAN DE OPRICHTING
zwemgelegen- EENER BAD- EN ZWEMGELEGENHEID TE GINNE-
heid. KEN.
Door de commissie uit den Raad, belast met het
onderzoek naar de mogelijkheid van de oprichting
van een bad- en zwemgelegenheid te Ginneken is d.d.
28 Februari 1937 een uitvoerig verslag uitgebracht.
Het verslag wordt in behandeling gebracht»
De VOORZITTER wenscht, alvorens met de behande
ling aan te vangen, een woord van hulde te brengen
aan de commissie voor het uitmuntend werk door haar
verricht. Het heeft wel eenigszins lang geduurd, eer
de commissie met haar werk gereed was, doch dit
vindt zijn oorzaak in omstandigheden onafhankelijk
van de commissie. Het is een zeer uitvoerig rapport,
waarvoor spreker eerbiedige hulde brengt» De bere
keningen, welke de commissie heeft gegeven, zijn
eerste klas. Het rapport kan behandeld worden, in
dien de Raad het wenscht. Spreker vraagt, of de
Raad misschien liever behandeling in geheime ver
gadering wenscht.
De heeren VAN SWOL en SAVENIJE achten behandeling
in openbare vergadering gewenscht.
De heer FOEKEN zegt, dat de vleiende woorden van
den Voorzitter door hem in dank worden aanvaard.
Spreker zegt den Voorzitter daarvoor namens de com
missie dank. Spreker geeft in overweging het punt
aan te snibden in openbare vergadering om daarna in
geheime vergadering over te gaan. Spreker wil als
inleiding een woord zeggen als voorzitter der com-
missié. Spreker vindt beter dit in openbare verga
dering te doen.
Het punt zal voorloopig in openbare vergadering
worden behandeld.
De heer FOEKEN zegt. hierna:
Mijnheer de Voorzitter,
De commissie tot onderzoek naar de mogelijkheid
van de oprichting eener bad- en zwemgelegenheid al*'
hier, ingesteld bij besluit van Uw Raad d.d. 27 Mei
193é, heeft d.d. 20 Februari j.l. in een rapport,
hét welk aan U en de Leden van den Raad is overhandigd
verslag gegeven van haar werkzaamheden.
Waar U zoo vriendelijk is geweest, reeds in deze
vergadering
9
