Verg» 2^- Maart 1937»
^2.
zegt, dat het sportfondsenbad niet opgaat, dan
komt dat, omdat de menschen in chemisch gezuiverd
water niet willen zwemmen. Er zi^n toestanden bij
sommige zwemgelegenheden, welke niet door den beu
gel kunnen. Wanneer de leden der commissie, die
van verschillende opvattingen zijn, tot een verge
lijk komen, dan is er een centraal begrip, waar
allen mee kunnen accoord gaan. Alle bezwaren kun
nen worden ondervangen. Spreker is het niet eens
met de meening, dat er geen afdoende regeling zou
kunnen worden getroffen. Wanneer men zegt, dat de
menschen niet gaan, wanneer er geen verkeerde din
gen gebeuren, kan spreker zich niet met die opvat
ting vereenigen. De exploitatie is van groot belang.
De kosten kunnen worden verminderd. Wanneer men ziet,
dat er gelegenheden zijn, waar het niet behborlijk
toegaat, dan moet de overheid zorgen, dat er goede
gelegenheden komen. Wanneer de Raad verbiedt om te
zwemm.en, dan moet er gelegenheid daartoe in een be
hoorlijke inrichting worden gegeven. De meerderheid
der menschen moet van zedeloosheid niets hebben.
Men kan overal bezwaren zien. Dan zou men naar geen
enkele gelegenheid kunnen gaan en dan zou men zelfs
niet op straat kunnen komen. Men ziet zoo vaak iets,
waar men zich aan kan ergeren. Dem Reinen ist allee
rein. Spreker meent echter, met alle respect voor
de commissie, dat haar opzet kan worden verminderd.
Er kan hier een goede gelegenheid worden opgericht
om te zwemmen, waarvan veel gebruik zal worden ge
maakt. De inrichting moet worden geexploiteerd door
de gemeente of door een particulier. Spreker heeft
bezwaar tegen exploitatie door de gemeente. Dan zou
de financieele strop nog grooter zijn. We moeten re
kening houden met de kosten. Het gaat bij spreker
om de vraag, hoe een badinrichting te krijgen, waar
alles in orde is en welke rendabel is.
De heer FOEKEN heeft na het woord van den Voor
zitter niet veel meer te zeggen. De heer Braakhuis
heeft te kennen gegeven geen volbloed voorstander
te zijn van een zweminrichting. Hij dankt den heer
Braakhuis voor de buitengewoon aangename wijze,
waarop deze zijn bezwaren naar voren heeft gebracht.
Spreker zöu den heer Braakhuis willen zeggen, dat
hij, al is hij niet katholiek, toch in hart en nieren
protestant-katholiek is. Spreker he'eft ook bezwaar
tegen onzedelijkheid. Hij is echter geen principi
eel tegenstander van gemengd baden. Hij huldigt
ook het beginsel: dem^pine is^alles rein. Spreker
staan gegevens ten dienste van gelegenheden, waar
gemengd gezwommen wor.dt, waar groote tekorten zijn.
Spreker kent er een met een tekort van f. 8000.- en
met nog grooter tekort. Hieruit blijkt wel, dat ge
mengd zwemmen geen attractie is. Spreker ziet er
geen bezwaar in, wanneer ouders met hun kinderen
gaan zwemmen. Als de meerderheid der bevolking
gemengd