Verg. 5 februari 1957» Spreker geeft den Raad in overweging hier eens ern stig aan te denken,. Vele bezwaren zullen daaraan verbonden zijn, maar bij ernstige studie zal hier zeer zeker overhëen worden gestapt.- Wat betreft de aan te stellen agent in Ulvenhout, 'hierdoor wordt het corps in Ginneken niet verlicht. De diensturen blijven hetzelfde. Ulvenhopt moet even wel een agent hebben, vooral ook met het" oog op brand. Spreker zou willen voorstellen, wanneer een agent in Ulvenhout .zou worden aangesteld, de brand weer aldaar te reorganiseeren ,en b.v. een handbrand spuit aan te schaffen. De heer STRUIJS is het eens met de beide vorige sprekers, dat voor een goed politietoezicht uitbrei ding van het corps noodzakelijk is. Hij vindt het echter niet juist, dat een zeker gedeelte goed en- een ander gedeelte.,-slecht of heelemaal niet wordt bewaakt.- Derhalve ook politietoezicht 1roor Ulven hout. Spreker vraagt den Voorzitter, of hij zijn standpunt in deze handhaaft van de vorige vergade ring, of dat bij uitbreiding tot 10 agenten er ook •een in Ulvenhout zal worden geplaatst. De VOORZITTER .zegtdat de Raad hem indertijd misschien verkeerd-verstaan heeft. Spreker heeft er nooit aan gedacht om in Ulvenhout geen agent te plaat sen. Sppeker. zet verder uiteen, dat het aan de chefs moet worden overgelaten, -om te beoordeelen, wie er in Ulvenhout komt. Spreker voelt meer voor een agent te Ulvenhout dan te Heusdenhout, omdat er te Ulven hout veel meer te doen is. Heusdenhout is in hoofd zaak gelegen aan den rijksweg èn behoort meer tot den bewakingskring van het rijk. Spreker zegt, dat hij te weinig personeel heeft en dat van de aanwe zige- agenten hij er geen in Ulvenhout wenscht te plaatsen. Het is de bedoeling er twee agenten bij te nemen 'en dat is volgens spreker voor Ginneken nog niet veel. In Ulvenhout, Bavel en Heusdenhout moet er >elk een worden gestationneerd, - zoodat er dan voor Ginneken slechts 6 agenten overblijven, -wijl de hoofdagent in deze moet worden uitgeschakeld.en der halve door. hen nog vele uren dienst moet worden ge daan. De heer STRUIJS is er verheugd over, dat de Voorzitter thans de voorljeur ^eefb aan Ulvenhout voor Heusdenhout. Nu uit het gesprokene door den Voorzitter kan worden afgeleid, dat hij bij uitbrei ding van het corps tot 10 ee'n agent zal plaatsen te Ulvenhout, zal de Raad wel met deze uitbreiding ac~ coord gaan. De heer BRAAKHUIS neemt aan,« dat hier van een misverstand sprake is. In de vorige vergadering is de suggestie gewekt, dat in Ulvenhout geen agent komen zou. Wanneer in die vergadering de toezegging was gedaan, die nu door den Voor.zitter is gegeven, dan was deze discussie niet noodig geweest, wijl het vqorstel dan zeer zeker in de eerste'vergadering zou zijn aangenomen. get

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1937 | | pagina 5