3io.
Verre. 15 Juli 1933.
de
ïige-
3ur ge
it uit-
Dezwar en
30k
3 ver-
er in
gingen
eester
ijn ge-
5 be-
volle
xe het-
dt ge-
gen,
n we
keiijker
Mierlo
dat in
Is het
en restric
n van het
khuis de
n wil
elijk is,
dsen
streden..
Het
nigingen
tandpunt
t kunnen
de afdee-
i jdrage
evallin-
[ONINGr--
be-
tot
ana-
door
Het voorstel is aangehouden om daarover het advies
der bouwcommissie in te winnen.
De bouwcommissie heeft geadviseerd de woning
zoo spoedig mogelijk te sloöpen.
Burgemeester en Wethouders stellen den Raad
voor te besluiten tot afbraak der woning.
De heer BRINKERHOF zegt de leden der bouw
commissie niet te hebben kunnen overtuigen van de
noodeloosheid van den afbraak. De constructie van
het gebouw is buitengewoon en wat in weinig wonin
gen te Ginneken voorkomt, er is nog een flinke
kelder aan. Er is geen beter kelder in Ginneken.
Daar kunnen ruim dertig menschen in. Het is een
gewelfde kelder. In burgerwoningen vindt men zeldc
meer kelders; men bouwt een kelderkast. Spreker
heeft ook wel een klein beetje verstand van wonin
gen; hij kan verklaren, dat het huis in goeden
staat verkeert. De heer Panis heeft het huis goed
bewoond, doch de gemeente heeft het verwaarloosd.
De zolder krimpt. De keuken ziet er erbarmelijk
uit, die moet noodzakelijk verbeterd worden. Er
is ook nog een pomp aanwezig, die buitengewoon
goed werkt en goed water geeft. In het prae-advies
is vermeld, dat de speelplaats met 100 M2 zal wor
den vergroot, doch die kan ten hoohste ^0 a ^5 ^2
vergroot
worden vergroot. Spreker meent, dat het zonde
om
is
zoo met de financien te gooien.
De heer 00MEN is het in het algemeen eens met
den heer Brinkerhof. Wanneer dit huis weggaat,
komt nog een leelijker huis naar voren. Het is
gooien met de gemeentegelden. Wanneer we het in
particulieren zaken zoo zouden doen, dan waren we
er in twee jaar tijds aan. Spreker zal tegen het
prae-advies stemmen, omdat het financieel niet
verantwoordelijk is.
De heer FOEKEN had niet de bedoeling te spre
ken. Doordat hier gesproken wordt over financieele
onverantwoordelijkheid van den afbraak, meent
spreker zijn meening naar voren te moeten brengen.
Spreker kan als zijn oordeel te kennen geven, dat
het huis leelijk is. Het is een ontsiering van de
Fxinses JulianastraatSpreker betwijfelt, dat
daar iets fatsoenlijks van te maken is. Wanneer
de bedoeling is daarachter een speelplaats te ma
ken, dan wil er niemand in. Wanneer het ingericht
wordt voor den gemeentedienst, heeft men veel te
veel hinder van de schooljeugd. Spreker acht zich
geheel verantwoord door voor afbraak te stemmen.
De heer SAVENIJE is het eens met den heer
Foeken. Men meent, dat er geld verspild zal wordenr
Sprekers meening is, dat het hmis afgebroken moet
worden. Hij gaat accoord met de argumenten van den
heer Foeken, doch hij meent, dat er nog een argu
ment bijgevoegd kan worden. Het is noodig, dat de
woning wordt gesloopt, ook in verband met de
explodtatie