Verg. 28 Febr.1938.
De heer BRINKERHOF merkt op, dat uit de meening
van Gedeputeerde Staten wel blijkt, dat een bedrag"
van f. 1,50 niet te hoog is. Gedeputeerde Staten
betrachten steeds de zuinigheid. Aan het lidmaat
schap van de commissie is veel werk verbonden.
Spreker moet vaak een vergoeding betalen voor een
plaatsvervangerEr is aan spreker gezegd een decla
ratie daarvoor in te dienen, doch het is nooit
toegstaan daarvoor een bedrag te betalen. Gede
puteerde Staten achten een vergoeding van f. 1.-
te weinig. Spreker wil er niet op hameren om meer
te bepalen. Zuinigheid is ook vastgelegd in een
bedrag van f. I.50. Spreker stelt voor bet bedrag
van f. I.50 te handhaven.
De VOORZITTER zegt, dat de commissie-vergade
ringen meestal 1 s avonds worden gehouden. Spreker
kan niet inzien, dat daarvoor een vergoeding noodig
is»
De heer BRINKSRHOF merkt op, dat hij alleen
Zaterdags vrij is.
Be heer VAN SWOL zou een stapje verder willen
gaan. Een bedrag van f. I.50 is niet alleen een
gepaste vergoeding, maar het is tevens een compen
satie voor het te laag bedrag der vergoeding voor
de Raadsvergaderingen. Voorts moet soms het een en
ander worqLen aangekocht. Ook brengen die ver gaden»
gen kosten aan kleeding mede. Het voorstel van Ge
deputeerde Staten dcet spreker genoegen. Spi&er
wil de vergoeding ook laten ingaan met 1 Januari
1938.
De heer BRINKERHOF steunt het voorstel van
den heer Van Swol om de regeling te laten ingaan
met ingang van 1 Januari 1938i
De VOORZITTER brengt in stemming het voorstel
van Gedeputeerde Staten om de vergoeding te bepalen
op f. I.50 per lid en per vergadering.
De heer Van Swol wordt bij loting voor den
duur der vergadering tot voorstemmer aangewezen.
Het voorstel om het bedrag der vergoeding te
bepalen op f. I.50 per lid en per vergadering wordt
verworpen met zes tegen vijf stemmen.
Tegen stemden de heer en: Van Mierlo; RopsjKesfl'
van Gestel; Savenije en Van Opstal.
Voor stemden de heer en: Van Swol; Faes; BrinM
hof; Van Gils en Struijs.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens
besloten aan Gedeputeerde Staten voor te stellen
het bedrag der 'vergoeding voor vergaderingen der
commissien als bedoeld in de artikelen 60, 63 en
eventueel ook 197 der Gemeentewet vast te stelle11
op f. 1.- per lid en per vergadering. x
Hierna wordt in stemming gebracht het voorste*
van den heer Van Swol, gesteund door den heer Brit"
kerhof, om de regeling der vergoeding te laten
ingaan op 1 Januari 1938.
Dit