Verg» 29 Dec 1938»
het kwartje van Minister Romme. Dat kwartje is een
beleediging voor de arbeiders. De uitkeeringen zijn
zoo gering, dat het meest noodzakelijke niet kan
worden gekocht. Hoe wil Minister Romme dan bepalen,
dat een"kwart je moet worden gespaard. Wanneer Wet
houder Dijke dat goedkeurt, getuigt het van een
goede democratische idee en dat de S.D.A.P. geen
stemvee is. Men moet niet op hoog gezag ja en nee zeg
gen. De leider van de socialistische partij in Belgie
had tegenstandera. Spreker heeft er altijd bezwaar
tegen gemaakt, dat die een bourgeois was. Wanneer
verschillende Raadsleden hier in een ander milieu
hadden verkeerd, zouden ze er wel anders over denken.
Spreker ontzegt htxn het recht over armoede te spreken;
ze hebben geen droog brood gegeten.
De heer BRAAKHUIS protesteert tegen de woorden
van den heer Brinkerhof. Spre,ker weet ook heel &oed,
wat armoede beteekent, al heeft hij het niet aan den
lijve ondervonden. Anderen kunnen ook medeleven met
het lot der armen.
De heer BRINKERHOF zegt nog gesproken te hebben
over de motie Moller, betreffende de handelshoogeschool
te Tilburg. Spreker heeft wel degelijk goed gelezen.
De motie is met een stem meerderheid aangenomen. De
dekking der uitgave van f l.r* is echter verworpen.
De heer BRAAKHUIS merkt op, dat de motie Moller
een beginseluitspraak betrof en die is aangenomen:
hier was de zaak mee af. Bij een tweede voorstel om te
komen tot dekking der uitgaaf, hebben de stemmen ge
staakt. De.beginseluitspraak is er niettemin.
De héér BRIHKERHOF zegt, dat, wanneer er een
staatsschool is en men eischt een bijzondere school,
dit een miskenning van de overheid is en dan zegt men.
dat men niet dubbel wil betalen. Wanneer men dubbel
onderwijs wil, bijzonder naast het openbaar onderwijs,
dan moet men dat zelf betalen.
De heer VAN MIERLO merkt op, dat de Grondwet de
financieele gelijkstelling van het bijzonder met het
openbaar onderwijs heeft vastgelegd. Spreker vraagt
waar de democratie van den heer Brinkerhof blijft.
De heer BRINKERHOF zegt, dat de heer Moller het
voorstel heeft gedaan, dat rijksscholen en afdeelingeu.
'welke overbodig zijn, moeten worden opgeheven. Een
ander voorstel van-, den heer Moller betrof de handels
hoogeschoöl te Til-burg. Het voorstel is aangenomen,
doch er is geen dekking voor gekregen. Er is geen poet
voor op de begro'oting gekomen, zoodat het.voorstel
niet kon worden uitgevoerd. De'heer Braakhuis heeft
nog gesproken over samenwerking hier, Er is zéker
goed werk verricht, maar men -had meer kunnen doen. WeI
hebben zeker wat bereikt, maar ,we hadden meer kunner.
bereiken. De heer Van M^erlo heeft gezegd, dat de Raai
een onbeperkt vertrouwen heeft in het college. Dat
mag men uit de algemeene beschouwingen niet aflèiden.
Inderdaad heeft, de Raad zijn vertrouwen in de begroo»
tingen uitgesproken. Spreker heeft gezegd, dat veel