Verg, 30 April 1938.
262.
Bespreking 17. De heer KESSEL herinnert aan zijn
armbestuur voorstel in de vorige vergadering
Ginneken. betreffende het burgerlijk arm
bestuur van Ginneken. Spreker
vraagt of Burgemeester en Wethouders hebben
ingezien, wat het armbestuur geschreven
heeft. Spreker acht het noodig, dat het arm
bestuur wordt gerehabiliteerd.
De heer VAN MIERLO zegt in de vorige
vergadering te hebben medegedeeld, dat Bur
gemeester en Wethouders niet gerechtigd zijn
inzage te verstrekken van het stuk.
De heer KESSEL wil voorstellen, dat de
Raad zich uitspreekt over de leiding van het
burgerlijk armbestuur.
De heer VAN GESTEL zegt, dat het gaat
over de werkwijze van het armbestuur. De Raa!
kan eerst een uitspraak geven na inzage te
hebben genomen van het stuk.
De heer BRINKERKOF had graag bij de
rondvraag enkele passages, welke hem getrof
fen hebben, naar voren willen brengen. Spre
ker zou het zeer op prijs stellen, dat het
stuk ter inzage werd gelegd.
De heer VAN MIERLO zegt, dat de Raad
geen inzage kan eischen. In dit geval bestaat
er geen bezwaar tegen. Nu moet geen motie
v/orden gesteld. Daar moet eerst eens rustig
over worden nagedacht.
De heer OOMEN wil een motie van ver
trouwen stellen in het armbestuur.
De VOORZITTER zegt, dat eerst inzage
moet worden genomen van het betreffende stut
Het stuk zal ter inzage worden gelegd.
Afsluiting 18. De heer STRUIJS Vraagt, hoe
weg Wolfslaar. het staat met de afsluiting
van den weg op Wolfslaar.
Spreker ergert er zich dagelijks aan.
De VOORZITTER zegt, dat het geval in
handen is van de politie. Er wordt proces
verbaal van opgemaakt.
De heer VAN GESTEL zou in kort geding
den eisch willen stellen tot het open maken
van den weg.
De heer VAN MIERLO zegt, dat deze aan
gelegenheid door Burgemeester en Wethouders
kan worden besproken en worden nagegaan, wat
behoort te worden gedaan.
19. De