Verg. 50 Juni 1938.
293.
beterd moet worden. Laat de heer Brinkerhof dat
zeggen.
De VOORZITTER zegt in de vorige vergadering
aan den heer Brinkerhof reeds te hebben gevraagd,
dat hij met voorstellen moet komen. De Wethouder
zegt, dat hij het niet weet. Laat de heer Brin
kerhof het dan zeggen. Zijn er dingen, die we
niet weten, laat de heer Brinkerhof ze meedeelen.
Die zegt altijd hetzelfde. Die maakt propaganda.
Die is stout als een kleine jongen tot aan de
volgende verkiezingen.
De heer BRINKERHOF protesteert tegen de
j*- woorden van den Voorzitter. Die doet alsof spreker
propaganda maakt. Spreker lacht er om. Lach maar
Paljas. Spreker zegt, dat de Voorzitter boven de
partijen moet staan. Hij zal een brief schrijven
aan den Commissaris der Koningin.
De VOORZITTER maant den heer Brinkerhof om
niet met de vuist op tafel te slaan. De heer Brin
kerhof maakt propaganda; het is om zieltjes te
winnen*
De heer BRINKERHOF zal een brief schrijven
aan den Commissaris der Koningin; Spreker heeft
dat meer gedaan en de Voorzitter Weet wel, hoe de
Commisaaris daarover denkt»
De heer VAN MIERLO merkt op, dat de heer
Brinkerhof heeft gezegd, dat hier alleen in werk
verschaffing wordt gewerkt. Waar het kan, ge
schiedt ook werk in werkverruiming. We zijn niet
onwillig arbeid in werkverruiming te laten uit
voeren. "Waar het kan, geschiedt het, zooals bij
het leggen van leidingen.
De heer BRINKERH03P zegt, dat daar misschien
een of twee menschen bij betrokken waren,
De heer VAN GESTEL zegt, dat het er niet een
was, maar zeker tien.
De heer BRINKERHOF vraagt, wat dat beteekent
op de kOO werkloozen. Spreker bedoelt werkverrui
ming in het groot, In Dordrecht is een groot werk,
een zwembad, in werkverruiming uitgevoerd. Spreker
heeft gezegd, dat de Raadsleden het blaadje van
Mgr. Poels moeten lezen. Wat goed is, brengt
spreker naar voren; wat verkeerd is, breekt hij af.
Werkverruiming heeft hier nooit kunnen plaats
vinden. De heer Van Gestel weet twee groote werk-
objecten: de verlegging van de Lei en de kanali
seering van de Mark.
De VOORZITTER zegt, dat de heer Brinkerhof
maar wat praat. Dat is klets.
De heer BRINKERHOF protesteert tegen het woord
klets. Spreker had een commissie willen benoemen.
Toch komt er die commissie en die kan er mee klaar
komen.
De heer VAN GESTEL zegt nog kort geleden den
heer Rops te heb ten gevraagd of het Watersèhap
geen