Verg. 5 Sept 1939*. lo9
De heer VAN GILS zegt vervolgens:
Mijnheer de Voorzitter. In de eerste vergadering
van een nieuwe zittingsperiode van den Raad is het mij,
als oudste lid in jaren, een eer en tevens een genoegen
tot U, mijnheer de Voorzitter, eenige woorden te mogen
richten.
Ik wil U dan namens alle lp,den van den Raad oprecht
danken voor de hartelijke woorden, welke U tot ons hebt
gericht.
In de spanning, welke bestaat, met het oog op plan
nen, welke de zelfstandigheid dezer gemeente bedreigen,
mogen we hopen, dat door krachtsinspanning vanwege het
bestuur der gemeentegesteund door de actie van het
Ant£-Annexatie-Comiteonze gemeente haar zelfstandigheid
yil behouden en dat, zoowel voor ons Vaderland als voor onze
gemeente, de wapenspreuk zal gehandhaafd blijven!
Je maintiendrai: Ik zal handhaven!
Alvorens te eindigen, moge ik de heeren Raadsleden
nog in herinnering brengen het tegenwoordig in gebruik
zijnde slagwoord: Verbeter de wereld, maar begin bij
Uzelf» Dank U, mijnheer de Voorzitter.
s>Jn oi ;i - j >cn
herkiezing 2. VERKIEZING VAN DE WETHOUDERS.
fe't houders.
De Voorzitter stelt voor over te gaan tot
verkiezing van Wethouders,
De heer FOEKEN zegt, dat het,4n vele gemeenten
usance is, dat door de fracties voor de eerste vergade
ring in het jaar overleg wordt gepleegd om te beraden
over de verkiezing van Wethouders. Te Ginneken is dat
niet het geval. Gezien de omstandigheden is dat ook
meer dan overbodig geweest. In de vroegere omstandig
heden was dat misschien het beste. De omstandigheden
zijn echter veranderd. Wanneer.me.n de regeering ziet,
dati ziet men dat de verschillende partijen samenxverken.
Voor de gemeente en het College zou het wenschelijk
zijn, dat verschil van politieke opvatting in het
College aanwezig was. Spreker neemt daarom de vrijheid
den heer Brinkerhof als Wethouder naar voren te brengen.
De heer Brinkerhof is reeds vele jaren lid van den Raad
geweest en hij is iemand,tdie de gemeente goed kent.
In verschillende commissiën heeft hij steeds getoond
een open oog te hebben voor de belangen van de gemeente;
evenals in de Raadsvergaderingen. Spreker acht voldoende
reden aanwezig den heer Brinkerhof in het College op te
nemen. Er is voor Ginneken alle reden een voorbeeld te
nemen aan de regeering.
De heer BRINKERHOF dankt den heer Foeken voor de
waardeerende woorden, welke deze aan zijn adres heeft
gesproken»
Hierna wordt overgegaan tot benoeming van Wethou
ders. De beide te vervullen plaatsen kunnen achtereen
volgens worden aangevuld»
De
