Ver Kr 22 Dec 19.35a. 157. een "beroep op den Raad te doen om on^e traditionele ver deeldheid te laten varen en con amore met elkaar samen .te werken om onze mooie, "bloeiende en - niettegenstaande de hiervoor opgenoemde sombere aspecten - toch ook welvarende gemeente zoo mogelijk intact te behouden. Ik meen, mijnheer de Voorzitter, dat het ook alles zins op zijn plaats is, wanneer hier in den Raad een woord van raardeering wordt gesproken voor de ambtenaren in dienst van de gemeente, die elk op hun terrein de be langen van de gemeente met de meeste zorg behartigen. Vooral in de laatste maanden, sedert de oorlogstoestand is ingetreden, moest er veel werk geschieden en is er van de ambtenaren ontzaggelijk veel gevergd. Met blijmoedig heid Is er blijkbaar gewerkt en zonder uitzondering heb ben zij hun plicht begrepen, welke is, zich dienstbaar te maken aan het algemeen belang. Een openlijk woord van oprechte waardeering en dank komt hun hiervoor zeer zeker toe. Ten slotte, mijnheer de Voorzitter, wat ook blijve of verdwijne, wat wiesele of verandere, opkome of onderga, één zaak blij ftons geloof in God en daardoor in de toekomst. Maar in deze geweldige tijden, nu wéreldmachten tegen elkaar botsen; idiologien vechten om de opperheerschappij,, nu het menschdom machteloos staat tegenover al deze uit barstingen van haat, wreedheid en vernielzucht, nu voelen wij - stervelingen - ons zoo machteloos, klein, zoo afhan kelijk van een liefdevolle en allesbestlerende hand van een almachtigen God, Die het heelal beschermt en flien wij dagelijks om hulp en bescherming moeten vragen. Ik meen, mijnheer de Voorzitter, dat in deze tijden, nu een Godsgericht over de wereld gaat, ook voor dezen Raad het oogenblik is aangebroken, dat wij over onze werkzaamheden den zegen van God vragen. Met veel vol doening heb ik in de memorie van antwoord gelezen, dat Burgemeester en '.Tethouders dit gevoelen deelen en met vertrouwen zie ik dan ook zeer binnenkort een voorstel daartoe tegemoetc Hierna wenscht de heer BRINKERHOE algemeens beschou wingen te houden, waartoe hem door den VOORZITTER de gelegenheid wordt gegeven: De heer BRINKERHGE zegt: Mijnheer de Voorzitter. Onder buitengewone moeilijke omstandigheden komen wij bijeen om de begrooting voor 19^0 te behandelen, terwijl wij aan den vooravond staan van den grooten feestdag, den feestdag, waarop zoovele malen 11 het vrede op aarde wordt gebeden en bezongen, zijn machten doende om met moordadige middelen hun vrede te bedwingen en daardoor millioenen gezinnen in diepen rouw brengen. Onder deze omstandigheden, terwi.il

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 157