153,
terwijl ons land zich weerbaar maakt om onze vrijheid
te verdedigen als het moetonder deze omstandigheden
zijn vrij thans bezig plannen te maken om in 19^0 de
ontwikkeling van onze mooie gemeente voort te zetten
en uit te breiden, om onze sociale arbeid nog beter
tot zijn recht te doen komen.
Deze plannen, die weer geheel afhankelijk zijn van
de inkomsten, die wij. zullen ontvangen, doch ook mede
afhankelijk zijn aan het verleden hoe wij onze gemeen
telijke huishouding hebben bestierd.
Over de inkomsten is nog moeilijk het bedrag vast
te stellen, dooh wat ons verleden betreft kunnen wij
met een zuiver geweten verklaren, dat het geld niet
over den balk is .gegooid.
Hen zou oordeel .dn, dat het, een goede eigenschap
w-as» In alle gevallen is dit zoo, behalve voor onze
gemeente. 2ou U denken, mijnheer de Voorzitter, dat,
wanneer onze gemeente alles maar blauw- blauw gelaten
had en niet de moeite en zorgen gedaan had om van Gin-
nek en te maken wat het nu is, dat wij flan belaagd
zouden zijn géwordén door een naburige gemeente? Zie
daar het loon voor eèn gemeenschap, dat een bestuur
koos, dat door hard werken en overleg hét zoover wist
te brengen. Het heeft overeenkomst met wat zich in
het oosten'van Europa afspeelt. Ook daar tracht men
de wereld de noodzakelijkheid van die landen te moeten
bezitten door middel van motieven duidelijk te maken
en als rechtvaardig voor te stellen.
Mijnheer de Voorzitter. Ik sprak slechts over belagc
van onze. gemeente"; werkelijkheid is het nog niet, doch
zoolang het nog geen "werkelijkheid is, zullen wij op
onge hoede moeten zijn, zullen wij objectief die in
stanties moeten voorlichten, die straks een beslissing
zullen moeten nemen»
De motieven," die aan den eisch van het Gemeente
bestuur van Breda kracht moeten bijzetten, .-komen
hierop neer? belastingbetalers tot zich te nemen en
daardoor het inwonerstal van Bre'da zonder moeite te
vergrooten. Mijnheer de Voorzitter, er kunnen zich
gevallen voordoen, waarbij annexatie niet alleen ge-
wenscht, doch zelfs geboden is. Wanneer in onze ge
meente chaotische toestanden zouden bestaan, dan was
er alle reden tot annexatie; een vraag zou het dan
zijn,' of men in Breda er dan wel mede ingenomen was;
thans is het tegenovergestelde het geval. Het Gemeente
bestuur van Breda heeft dit ook goed begrepen en naar
motieven gezocht,. Ik wil er een paar noemen en trach
ten deze te weerleggen.
Breda heeft expané.ie noodig, zit in een keurslijf'
Wat wordt hiemraede bedoeld? Gebrek aan gronden, benoo-
digd voor uitbreiding? Daaraan kan de gemeente Ginne-
ken de gemeente Bj-eda niet helpen, tenzij men de ge-
huchten of buurtsphappen Heusdenhout-, Bavel, llvcnhout
en Galder er bij zal betrekken en daardoor geheel
Ginneken zal verdwijnen. Doch dit motief kan onmogelij'
als waarheid yórden aanvaard, daar de onbebouwde
gebieden
