dienst voor maats chappol ijk. hulpbetoon lets to zeggen
is, gezien do hoogu subsidie, welke jaarlijks moet
worden verleende Maar wanneer een instelling gocê
werkt, dan is er weinig dat voor verandering pleit.
Het voornaamste blijft took, dat de beoogde taak goed
W©rdt verricht,
ÏÏat de dokterskwestie betreft, deze al .nog wel
eenigen tijd hangen. Spreker Is voornemens.'de commissie
voor sociale aangelegenheden daarvoor nog eens bijeen te
roepen.
Spreker kan niet inzien de noodzakelijkheid van het
medisoh onderzoek door dun heer Brinkerhifc'fvoorgesteld.
Wordt dit voorstel gehandhaafd} dan zou hij den Raad
willen adviseeren het te verwerpen; een juistere vorm
zou spreker het vindon, die van een motie, opdat Bur
gemeester en Wethouders deze- aangelegenheid dan eerst
kunnen bespreken met dü doktoren.
Wat den bouw van goedkoope tvoningen betreft, dit zal
voornamelijk afhangen van de houding van het rijk; in
hoeverre zal het rijk hierin tegemoet komen. Bovendien
is spreker van meoning, dat hangende de annexatieplannen
daartoe niet moet worden overgegaan.
Spreker zegt verder, dat de geraamde .winsten onzer
bedrijven in thc&rie hoog genoemd mogen worden. Deze
winsten kunnen echter moeilijk worden gpmiet, terwijl de
tarieven zeker niet hooger* zij.n dan die van de omliggende
gemeenten. Spreker zou deze tarieven willen.handhaven,
wijl anders tot belastingverhooging zal moeten worden be
sloten, wat;., gelet op de bestaande wettelijke bepalingen,
toch voor een":groot gedeelte zou komen te drukken op de
lagere inkomens. Een grootere gezinsre.ductie zal nader
in de licht commissie worden bekeken} doch spreker vreest,
dat- deze reductie dan veel van zijn beteekenis zal ver
liezen,
Eene verhooging van loonen en wedden voor hot
gemeentepersoneel zal eerst dan kturaun plaats hebben,
wanneer ook het rijk daartoe heeft besloten. De loonen
van rijk en gemeenten houden ten nauwste verband met
elkaar, zoodat een verhooging van loonen der gemeenten
als het ware goedkeuring behoeft van den Minister van
Binnenlandsche Zaken,. Ook vraagt spreker ziclFaf het
tijdstip voor verhooging al aangebroken ist Men mag niet
uit het oog verliezen, dat oen verhooging van wedden en
loonen ook een verhooging van prijzen tengevolge heeft,
waardoor wellicht mensohen worden getroffen, die er
moeilijker voorzitten dan het overheidspersoneel.
Tenslotte meent spreker nog iets te moeten
zeggen over de annexatiekwestie, welke reeds door de
hoeren Braakhuis en Brinkerhof en den Voorzitter op
juiste wijze is aangesneden,
i*.-b- iv ficj'i r'Q r<
Spreker zegt hieromtrent het navolgende.