kwestie en zeer zeker had ik verwacht, dat zij daarop zouden reageeren op een alleszins oevredigenae wijze Nogmaals nu dat steeds nog niet geschied is en ik niet de illusie koester, dat dit zal geschieden, breng ik een eeressluut aan den heer Brinkerhof, die de moed heeft deze kwestie aan te snijden al is hij dan ook een van de onderteekenaars. Ik wensch hier niets bij te voegen, het woord is s.an den Raad, die in tegenstelling zeer zeker van vroeger, thans samengesteld is, zonoer uitzondering uit fatsoen lijke en rechtschapen menschen Alleen nog dit eenige dagen geleden heeft Hare Majes teit een diepe beschouwing gehouden over geestelijke herbewapening. Ongetwijfeld hebt U allen deze roerende rede aangehoord of gelezen, waarin vooral trof de tirade! De persoonlijke verhouding tot God, zonder welke geen innerlijke vrede mogelijk is en die ver uitgaat boven de hoogste scheidsmuren, onverschillig van welken aard deze mogen zijn, kenmerkt zich bij uitstek door waarheidszin oprechtheid en eerlijkheid" De toekomst moet leeren hoe die woorden zijn opgenomen en zullen v,orden in praktijk gebracht. Waar bovendien de nog steeds onkreukbare Nederlandsche Rechtspraak is voorgegaan, kan het voor niemand een be zwaar zijn, een rehabilitatie te geven voor een onrecht dat is begaan en wat nog steeds niet is hersteld In welken vorm dit zal geschieden, heb ik niet te beoor- deelen aan U is de Deslissing, ik kan slechts met ver trouwen wachten op de toepassing van de praktijk.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 190