m
briefwisseling, welke toen was gevoerd over deze kwestie.
Spreker doet thans voorlezing van een nadien ontvangen
brief, gedagteekend 29 April 1939, welke door hem is
ontvangen van den Voorzitter van-den Raad van Breda en
een door hem daarop gegeven antwoord d.d. 5 Mei 1939. Ook
wordt mededeeling gedaan van verdere andere gevoerde
corre spondentie
Verordening 3. De heer KESSEL vraagt, of nog geen bericht
ex art. 223
Gemeentewet. is ontvangen van den Commissaris der Konin-
gin omtrent de wijziging van artikel 223 lid- 3 d.er Geméent
wet.
De VOORZITTER antwoordt ontkennend.
4. De heer STRUIJS merkt op, dat op den Bieberg
weer een huisje leeg staat. Spreker zou het
Aankoop
huisje
Bieberg.
Hoek Bavel-
schelaan. gewenscht achten dit aan te koopen. De bocht
in den weg kan dan worden weggenomen.
De VOORZITTER antwoordt, dat er aan gewerkt wordt.
Er wordt echter te veel voor gevraagd. Spreker vermeent
van f1400-
De heer SERUIJS zegt, dat het ander huisje is gekocht
voor f. 600.-; f. 1400.- is te duur.
De heer BRAAKHUIS vraagt aandacht voor den hoek bij
Sloekers aan de Bavelschelaan.
Verordening
art. 223
Gemeentewet.
5. De heer BRINKERHOF vraagt of er geen beroep
mogelijk is tegen de niet-goedkeuring van
de verordening voor de po li tie-agenten. Moeten we dat
alles
to t-