Verg. 28 Feb.1939.
22.
Door Burgemeester en Wethouders wordt voorgeste"
op grond van artikel 212 der Gemeentewet enkele be
voegdheden van den Raad aan hen over te dragen.
Een ontwerp-besluit hieromtrent is aan den Raad over
gelegd.
De heer BRINKERHOE meent tegen deze delegatie van
bevoegdheden bezwaar te moeten maken. Spreker vindt
deze gemeente niet van dien aard, dat een dergelijk
besluit gemotiveerd zou zijn. Van overbelasting van
den Raad is absoluuut geen sprake. Hij stelt er dan
dok hoogen prijs op, dat de genoemde bevoegdheden aan
den Raad blijven»
De heer KESSEL zegt, dat, wanneer het een overdracht;
zou betreffen van een groot aantal strookjes grond, er
een groot kapitaal mee gemooi'd is' en vindt het dan wel
wat ver gaan, indien zulks zonder den Raad kon geschie
den, Zoo ook wat betreft het verhuren van een groot
aantal strookjes gr^nd,
De VOORZITTER zegt, dat van de genomen besluiten do«:
Burgemeesteren Wethouders steeds medede^ling moet
v/orden gedaan aan den Raad en de eventuoele goedkeuri^
van Gedeputeerde Staten gehandhaafd blijft. Het grofte
voordeel is, dat de zakc-n, waar toch slechts kleine be
dragen mee gemoeid zijn, in een vlotter tempf kunnen
werden afge daan
De heer BRINKERHOE handhaaft zijn meening, dat deze
bevoegdheden bij don Raad behooren te blijvei>f
De heer VAN GESTEL zegt, het in principe met den hee
Brinkerhof eens te zijn en verlangt als Wethouder fok
niet naar bevoegdheden, welke bij den Raad bohooreji.
Spreker is echter van meening, dat in deze ook met de
praktijk rekening moet worden gehouden. Er zijn vele
dingen, die nu achterwege blijven, fmdat het voor den
Raad ten eenenmale'niet te doen is b,v, honderden
stukjes grond, waarmede particulieren nog in de tpen-
bare wegen dezer gemeente liggen, zouden nog aan deze
gemeente moeten worden overgedragen, dfch thans is
zulks niet te doen; het zou voer den Raad een veel te
omslachtig werk worden. Ook kan fp het trottoir eener
straat geen benzinepomp v/orden geplaatst of een haag
worden verplaatst dan met medewerking van den Raad.
Dit werkt zeer stroef en is voorde menéohen soms aan
leiding om van hun.plannen .af te zienSpreker heeft
er verder geen bezwaartegen, dat,de in het ontwerp
besluit genoemde bedragen nog worden verlaagd.
De VOORZITTER zegt de woorden van den heer Van Gesla
volkomen te onderschrijven.
De heer BRINKERHOE kan de bezwaren niet deelen. De
menschen moeten hun verzoek toch tot iemand riohten
en daarom even gemakkelijk tot den Raad als tot Burge
meester en Wethouders, Ook wat salarissen betreft,
vindt