te komen om volledig op de iaoogte te zijn, wanneer hij straks mede de beslissing zal nebben te nemen. Aan de Kamerfracties benooren inlichtingen te worden verstrekt omtrent de wijze, waarop Breda traent een gedeelte van Gin- neken op te slokken. Men spreekt daar van een keurslijf, waar in Breda zou geprangd zitten en dat de gemeente geen expan- siernogeli jkheid heeft. De Burgemeestér van-Breda heeft zelfs gezegd, dat- in Breda geen ruimte' zdm zijn om volkstuintjes aan te leggen. Spreker weet-niét preciea, hoeveel grond in Breda beschikbaar is, maar die beweringen zijn toch niet in overeenstemming met de waarheid. Spreker leest een gedeelte voor uit een brief van den Boorzitter der Sociaal-Democra tische Kamerfractie, Jhr. van der G-oes van Haters. Deze was bereid te komen, doen had kennis genomen van de meening van den Minister. De Minister heeft nog geen regeling getroffen, doch hij heeft Gedeputeerde Staten opgedragen een bevredigen- de regeling te treffen. Spreker heeft zich afgevraagd of nu niet de tijd gekomen is stappen te doen bij Gedeputeerde Staten. Spreker zou het ook gewenscht achten, dat de heer Braakhuis, als Voorzitter van de R.K. Raadsfractie, den Voorzitter van de R.K. Kamerfractie zou uitnoodigen nierheen te komen. De heer BRAAKHUIS vraagt of de heer Brinkerhof niet be ducht is, dat zijn partijgenooten te Breda zijn plannen zul len torpedeeren. De heer BRINKERHOF weet dat niet; het is mogelijk, dat ze daartoe pogingen zullen doen. De VOORZITTER zegt, dat de Commissaris der Koningin hem in Juli zelf heeft gezegd, dat hij er niets van wist. Wij weten niet, hoe het er mee gesteld is. We weten wel, dat er in Breda wordt gewerkt. Spreker vreest, dat de heer Van der Goes van Naters te laat is gekomen. Spreker zal zoover

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 236