Verg. 30 Jan 1959- 2. blijven werken aan den bloei van onze dierbare gemeents wier belangen aan onze zorgen zijn toevertrouwd, Moge dan Gods besten zegen op onzen arbeid rusten, Spreker verzoekt den verslaggevers het zooeven doo; hem gesprokene woordelijk in hun couranten weer te geven en geeft hun daartoe een exemplaar van zijn op schrift gestelde rede. Spreker heeft hiermede een bepaalde bedoe ling, In den laataten tijd verschijnen in de pers artike len, welke wemelen van 'onwaarheden. Zoo zou door spreker in een vorige Raadsvergadering gezegd zijn, dat de Zondag wet een paskwil is. Spreker zegt gezagsbegrip genoeg te hebben om dergelijke woorden niet te bezigen. Door hem is het woord n paskwil absoluut niet gebruikt, al heeft hi misschien te kennen gegeven het met die wet niet geheel eens te zijn. Spreker leest in dit verband de desbetref fende passage uit de goedgekeurde notulen van de Raadsvei gadering van 22 September 1938 voor, luidende: \-De VOORZITTER Zegt, dat de Katholieken in deze ,f niet op hetzelfde êtrenge standpunt staan» Er is M niets ontheiligd op dien dag; het is integendeel een net feest geweest. Bovendien zouden dan alle feesten moeten worden afgelast op Zondag Spreker verzoekt de pers ook dit te willen opnemen* Nog meer van dergelijke onwaarheden, ook aan het adres van andere Burgemeesters, komen in bedoeld couranten artikel voor.' Het lust hem niet dergelijke grove onwaar heden zich te laten aanwrijven. De heer BRAAKHUIS onderschrij-ft ten volle de woorder, van den Voorzitter. Hij is van meening, dat ook uit den Raad een protest moet opgaan tegen de bewering van een bepaalde pers, dat door den Voorzitter in verband met de toepassing van de Zondagswet het woord paskwil zou zijn gebruikt. Dit is absoluut onjuist. Spreker vervolgt, dat in den laatsten tijd door dezen krant herhaaldelijk aanvallen worden gedaan èp het Katholieke Zuiden. Sprekei moet dit ten zeerste afkeuren, vooral ook, omdat het voor deze gemeente nadeelig zou kunnen werken tenopzichte van de hangende annexatieplannen. Ook hij verzoekt de pers en wel namens den Raad, om dit protest tegen onjuist courantenartikelen te willen opnemen. De heer. ROPS $ankt als oudste lid in jaren van den Raad den Voorzitter voor de gelukwenschen, welke door hen in deze eerste vergadering van het jaar tot de Leden van den Raad zijn gericht* Spreker hoopt, dat die wenschen in vervulling,..zullen mogen gaan en hij biedt den Voorzitt wederkeerig zijn beste wenschen aan voor het jaar 1939 zoowel voor hem persoonlijk als Burgemeester als voor zij gezin. De

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 2