hoofd van openbare werken was medegedeeld, dat aan dpn heer Das de bouwvergunning was geweigerd en hij in de veronderstelling verkeerde, dat op'Vrijdag, voorafgaande aan de laatste Raadsvergadering van 28 Februari j,l., de vergadering van-Burgemeesteren Wethouder had plaats gehad. Déze weigering was eerst des Maandags na dien Vrijdag afgekomen. De VOORZITTER Qsegtdat de heer Brinkerhof soms dingen zegt, die hij Piet zeker weet en somwijlen insinueert zonder bet zoo'te bedoelen, Hij zou-hem wil len vragen daarin wat voorzichtiger té zijn. De heer VAN GESTEL moet uit de woorden van den heer Brinkerhof conoludeeren-, dat op 28 Februari j,i» aan den heer Das een weigering wae toegekomen,' Dan heeft hij twee weigeringen thuis gekregen, want 'eerst later is deze bouwaanvrage'in Burgemeester en Wethouders behan deld en geweigerd. De heer BRINKERHOF zegt, dat zulks best mogelijk is, want op 28 Februari j.l, had de heer Das een weigering. Spreker zet nader uiteen,.hoe een en ander is verloopen* Toen de heer Das zich bij hém vervoegde om te vragen Óf het mogelijk was, dat ontheffing van de bouwverordening werd verleend, heeft spreker hem naar het hoofd van openbare werken verwezen en is met hem meegegaan, dénken- de, dat het Vrijdags nofe in de vergadering van Burgemees ter en Wethouders zou kunnen worden behandeld, wijl de *aak niet lang uitstel dulde. Des Maandags d.a.v. werd spreker bericht, dat de bouwvergunning geweigerd was. Hij droeg er echter toen geen kennis van, dat het des Vrijdags geen vergadering van Burgemeester en Wethouders was geweest. Deze weigering moet dus toen door openbare werken aan den heer Das zijn medegedeeld. Spreker zegt, dat de Raadsleden nu zelf maar moeten conoludeeren. De heer Van GESTEL zegt, dat de heer Brinkerhof slechts is afgegaan op de mededeeling van den heer Das, dat de bouwaanvrage geweigerd ie en deed daarvan toen een positieve mededeeling in den Raad. De Voorzitter heeft toen onmiddellijk gezegd, dat hem van een weigering in 'deze niets bekend was. Spreker kon zich dit zoo juist niet me<^r# herinneren, omdat dikwijls meerdere bouwaanvra gen in een vergadering worden behandeld. loen de heer Brinkerhof zoo positief was in zijn mededeeling, vermeen de spreker zeker, dat deze bouwaanvrage door Burgemeester en Wethouders was afgedaan. Naderhand bleek echter, dat de Voorzitter gelijk had en dat deze zaak iin Burgemeeste' en Wethouders nog moest wo.rden afgedaan. Spreker heeft dus in de vorige vergadering een mal figuur geslagen, omdat de heer Brinkerhof iets in.den Raad positie! be weert zonder dat hij het voldoende heeft onderzocht. Wat spreker echter ten zeerste verwondertis, dat hij nog volhoudt, dat er op' 28 Februari een formeele weige ring was.. De heer BRINKERHOF 2egt, dat men het hem niet kwalijk kan nemen,, wanneer een burger hem zegt, dat zijn bouw aanvrage geweigerd is, hij dit in den Raad mededeelt. De

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 37