Verg. 28 April 1939.
k8a
niet kon geven, de menschen geholpen moesten worden,,
Burgemeester en Wethouders denken hier anders over;
hoewel hun bij de wet het toezicht is opgedragen,
reageert het College niet op dat schrijven, waarin
gewezen wordt, dat de gezondheid!, van een deel onzer
ingezetenen in gevaar kan komen.
Sinds 15 September 1938 zijn Burgemeester en Wet
houders doende, althans zoo luidt het antwoord op
mijn vragen, besprekingen te voeren met de betrokken
instanties over een nieuwe regeling, waarvan tot heder,
de sociale commissie buiten gesloten is geweest.
Twintig maanden hebben Burgemeester en Wethouders
reeds noodig gehad voor besprekingen om een belang
rijke tak van dienst in onze gemeente in'goede banen
te leiden en nog is het eind van die besprekingen niet
in het zicht.
Dit traineeren kan men toch moeilijk onder het
behartigen der gemeentebelangen in het algemeen en in
het bijzonder die der volksgezondheid rangschikken? 5^
Mijnheer de Voorzitter. Twintig maanden werken, aan
een z.g, probleem, dat is te bar. Willen Burgemeester
en Wethouders wel een oplossing? Hoe komt het anders
dat hiermede zoo lang getreuzeld wordt?
De kwestie met de plaatselijke geneesheeren
krijgt zoo zoetjes aan geschiedenis. Hoevele-jaren is
dit nu reeds hangende? en thans Mei 1939 n°g nie-fc
opgelost.
Hiermede is dan ook inbreuk gemaakt op de vrije
artsenkeuze.
Burgemeester en Wethouders kruipen met hun ant
woord fijn achter die geneesheeren, die bedankten,
doordat deze de verantwoording nier langer wenschten
te dragen, doch dat is onoprecht.
Burgemeester en Wethouders hebben die geneesheeret
gedwongen te bedanken. Deze heeren hebben meer
plichtsgevoel getoond dan het College van Burgemeeste:
en Wethouders. Zij hebben de verantwoording, onder de
bestaande voorwaarden, voor dezen dienst niet meer
durven dragen.
Burgemeester en Wethouders wel; Deze zeggen, al
thans dat is met dit treuzelen op te maken, de volks
gezondheid heeft 2ich aan te passen bij onze financid
want daar komt het op nesr; een bedrag wordt vastge
steld en daarmede basta.
Dit kan in het belang onzer gemeente niet voort
duren.
De Raad zal zich thans hebben uit te spreken, of
bij met dit gevoerde beleid van Burgemeester en Wet
houders accoord gaat.
De Raad van oordeel, dat in het belang der
volksgezondheid binnen zeer korten termijn een
bevredigende oplossing met de geneesheeren tot
stand komt, verzoekt Burgemeester en Wethouders
de noodige stappen te doen*
De