Verg» 28 April 19"59» Het zal onder get eek ende aangenaam zijn een uiteenzetting hieromtrent in de eerstvolgende 11 raadsvergadering van Uw College te mogen ont- vangen. Door Burgemeester en Wethouders is daarop het navolgende geantwoörd: Haar aanleiding van dit schrijven, hetwelk hij 11 de stukken is ter inzage gelegd, deelen wij med; dat het initiatief voor deze Paaschwei niet is uitgegaan van ons College, evenmin als wij daartoe op eenigerlei wijze hebben gestimuleerd, Ocbk was voor het houden van deze vermak el i jkhei; geen toestemming van ons noodig, wijl zij geheel' op particulier terrein heeft plaats gehad. In verband met vorenstaande mogen wij ons van een verdere "beantwoording der vier punten in "bovenbedoeld sdhrijven ontslagen achten, De heer FOKKEN acht het antwoord van Burgemeester en Wethouders zeer sober. Men zou haast kunnen zeggen, dat spreker met een" kluit je in het riet is gestuurd* Spreker wil dit echter niet veronderstellen. Wat er niet in staat, is gewichtiger, dan wat er wel in staat, Spreker trekt in twijfel of de J| Paaschwei heeft pla: gehad op particulier terrein. Spreker heeft gehoord, ci het terrein'van de gemeente is, doch gehuurd is door c Baronie» Volgens de Grondwet mogen geen vermakelijkhedl op Zondag plaats hebben zonder toestemming van het Ge meentebestuur. De VOORZITTER zegt, dat geen restrictie in het huurcontract is opgenomen. De Baronie heeft de vrije beschikking over het terrein. Wat het tweede punt be treft, door den heer Foeken naar voren gebracht, dat is moeilijk. Er worden verschillende vermakelijkheden op Zondag gehouden. Hoever is de grens. Wat mag wel ec wat niet. Spreker was er ook wel over verwonderd, toer. hij die kermis zag. Bedoeld was enkele attracties te plaatsen. Het heeft spreker ook verrast. Men is hem over. het hoofd geloopen. De heer FOEKEN' dankt den Voorziitter voor zijn ant woord;, vooral voor het laatste deel daarvan. Hij hoopt dat een dergelijk feest niet meer zal worden toegestaa Spreker brengt hulde aan de Ginnekensche bevolking, di' niet naar deze kermis is gegaan. De heer KESSEL zegt, dat de heer Foeken vraagt, dergelijke vermakelijkheden te verbieden. Spreker vrafJ waar de grens is. De VOORZITTER antwoordt, dat dit door hem zal f' den beoordeeld. Hij voelt er niets voor een viedst rijd verbieden. Een kermis is weer wat anders. De heer KESSEL merkt op, dat de heer Foeken eer. bepaalde zaak propageert. Wanneer de heer Foeken be zwaar maakt tegen een kermis, hoe kan hij dan als voc' zitter der zwemcommissie een zwembad voorstaan, r\P

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1939 | | pagina 50