Verge 17 April 19^0.. 29^. nadere nota gezonden aan den Gemeenteraad en de Commissie uit de ingezetenen. Met alle respect voor de suggestieve wijze, waarop deze nota werd opgesteld, kan ik den indruk niet van mij afzetten, dat de samensteller Vreemd staat tegenover den volksaard en de problemen, welke zich voordoen,, In dit prae-advies wordt veel beweerd, maar de bewijs levering blijft achterwege. Ik wil deze nota niet op den voet volgen, doch slechts enkele grepen daaruit doen. Om een duidelijk inzicht te hebben in de kwestie van het slachthuis, dient men de geschiedenis hiervan te kennen, maar ieder voelt, da£e£en tiental jaren geleden genomen besluit van den Ginnekenschen Gemeenteraad om niet aan te sluiten bij het Bredasche slachthuis nimmer een argument voor grenswijziging kan zijn. Dit besluit heeft tot financiëele gevolgen geleid voor de belanghebbenden, ïïoch de Ginnekensche Gemeenteraad, noch de toekomstige Raad van groot Breda kunnen zonder meer dit besluit maar wijzigen, wil men geen onrecht doen aan de betrokkenen. Bovendien worden bij deze grenswijziging de bezwaren - zoo deze er zijn - tegen de niet-aansluiting niet onder vangen, doch slechts verplaatst. Het Gemeentebestuur van Breda beweert, dat snelle rechtstreeksche verbindingen met de groote rijksverkeers wegen een levenskwestie beteekenen voor Breda en omgeving. De tot standkoming dezer verbindingen zal echter, waar de groote verkeerswegen niet op BredaJs gebied zijn gelegen, tot groote moeilijkheden aanleiding geven» Dit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 294