Verg. 17 April 3.^£0= 295» Dit argument in eenigezins gevrij zigden vorm, heb ik in den laatsten tijd meer gelezen, maar dan onder Bui.ten- lands ch Nieuws 11 Verder wordt beweerd, dat armlastigen uit deze gemeen' zich vestigen te Breda teïwille van een hoogere ondersteun ning. Is er reden voor deze klacht, dan is ze wederkeerig, maar al zou het inderdaad juist zijn, dat er personen zijn die om de bovenaangegeven reden zich te Breda vestigen, dan kan dit toch geen reden voor grenswijziging .zijn, waar door alle armlastigen in het te annexeeren gebied binnen de Bredasche grensen worden gebracht» Wanneer het Gemeentebestuur van Breda van meening is dat de buitengemeenten behooren bij te dragen in de kosten van aanleg en onderhoud van door dit Bestuur aangelegde werken, zooale het badhuis, dan moet het deze regeling trachten te verkrijgen door een'gemeenschappelijke rege ling of het badhuis alleen openstellen voor Bredasche ingezetenen. Zelfs de weinig geurige argumenten, dat reiniging der Bredasche singels niet kan plaats hebben en het vinden van een behoorlijke opslagplaats voor de vuilnisstorting en den opslag van de Bredasche faecali'én onmogelijk is zonder grenswijziging, zijn geen motieven voor annexatie. Het Gemeentebestuur laat het voorkomen, dat vele ingezetenen van Ginneken dn Bredasche gelegenheden besoeke en het daar door bijzondere kosten heeft te maken, maar zou 'dat Gemeentebestuur zoo gaarne zien, dat het ander was en deze ingezetenen nrlet naar Breda kwamen?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Notulen van de gemeenteraad | 1940 | | pagina 295