Verg. 10 Jan. 194-0. >1 193.
w kom van Ginneken (wijk A) en geheel Heusdenhout
n (wijk D) alsmede nog een deel van Bavel (wijk B)
en van Ulvenhout (wijk "bij Breda worden ge-
voegd.
Bavel en Ulvenhout souden dan, behoudens hetgeen
n daarvan nég bij. Breda wordt gevoegd, êên gemeente
vormen, welke klaarblijkelijk den naam van Ginne-
ken sal dragen. Het is dus blijkbaar de bedoeling
u de gemeente Ginneken en Bavel als gemeente Ginne-
w ken in de overblijvende deelen van Bavel en Ul-
venhout te laten voortbestaan.
M Overeenkomstig het bepaalde in artikel 158 der
gemeentewet wenschen Gedeputeerde Staten over
dit voorstel te vernemen het oordeel van den
gemeenteraad en van de in genoemd wetsartikel
bedoelde commissie uit de ingezetenen. Gaarne
11 zullen zij dat oordeel schriftelijk ontvangen vóói
1 Mei 194-0.
M De van Gedeputeerde Staten ontvangen brief is
met de ^iervoór onder a,b en c genoemde stukken
"•voor de leden ter inzage gelegd.
Het is niet de bedoeling de stukken in de
M aanstaande Raadsvergadering te behandelen. Daar-
voor sal de Raad nader worden bijeengeroepen.
B Wij stellen voor, de stukken in onze handen te
n stellen om bericht en raad.
Door het Gemeentebestuur van Breda zijn bij brie
van van 20 Juli 1938 No. 1/2226 en 10 Augustus
1938 Nè. 1/274-1, gerioht tot Zijne Excellentie
B den Minister van Bi nnenlandsche Zaken, de gronden
M ontvouwd,-waarop naar de meening van genoemd
w College uitbreiding, dier gemeente met deelen van
de gemeenten Ginneken en Bavel, Princenhage en
Teteringen noodig'wordt geoordeeld. De Raad heeft
van deze brieven bereids kennis kunnen nemen,
Door ons is, te zamqn met de Gemeentebesturen van
Princenhage en Teteringen, op 16 December 1938
in een gemeenschappelijke nota aangetoond, dat
de door Breda aangegeven motieven niet gegrond
zijn. Door ieder der drie gemeentebesturen is aan
de gemeenschappelijke nota nog een afzonderlijke
nota van denzelfden datum toegevoegd, waarin de
punten worden behandeld, welke meer bepaald op
ieder van de drie gemeenten afzonderlijk betrek-
king hebben.
Een exemplaar van de gemeenschappelijke nota en
n van de afzonderlijke nota van Ginneken en Bavel
zullen wij den heeren Raadsleden doen toekomen.
De door het Gemeentebestuur Van Breda indertijd
tot Z.E. den Minister gerichte brieven zijn in
htm geheel in dex gemeenschappelijke nota ver-
werkt, zoodat déè brieven niet af zonderlij k be-
11 hoeven te worden toegezonden.
De kaarten, welke bij de door het Gemeentebestuur
tt van Breda tot Z.E. den Minister van Binnenlandsche
Zak en