Ver* 17 April 19U-0,
2^0.
nota's toegezonden*
Wij achten het overbodig dat allee nog eens te herhalen,
Wij vragen ons af, of Gedeputeerde Staten de toestanden
en de s.g. problemen zien, zooals die worden gezien
door het Gemeentebestuur van B^eda en zooals die door
dat Gemeentebestuur in zijn hiervoor genoemde brieven
van 20 Juli 1938 en 16 Augustus 1938, zij het dan ook
n sober en weinig overtuigend,zijn uiteengezet4
Wij kunnen het bezxvaarlijk aannemen, want dan zou
door Gedeputeerde Staten toch wel met een enkel woord zijn
opgemerkt, dat zij aocoord gaan met de motieven, welke
door Byeda zijn gegeven»
De strijd, welke thans wordt gevoerd tusöchen groote
n Europeesche mogendheden, blijft voorloopig lktent, wel-
iioht ómd&t beider argumenten - het mogen dan geweldar-
gumenten wezen - te machtig zijn*
Gedeputeerde Skaten hebben ons voof een nog höpeloo-
zer taak gesteld n.l. te vechten tegen niets*
Genoemd Ooilege verklaart verder;
fl Bij de overweging der nieuwe grenzen is rekening
n gehouden met de mogelijkheid om uitgestrekte platte*-
landsgebiaden, welke voor de uitbreiding van Breda.niét
noodig zijn, buiten stedelijk verband te houden,
Wanneer zouden de uitgestrekte plattelandsgebieden
in de gemeente Princenhage, welke aan Breda zouden worden
toegevoegd,n.l, de parochiën Liesbcsch en Effen, voor de
uitbreiding van Breda noodig zijn? Wanneer die, 'welke van
Glnneken
■i i
t